Het diephuis van één travee en drie bouwlagen met een eclectische, uitzonderlijke gevel werd vermoedelijk gebouwd na de heraanleg van de Geldmuntstraat in 1859. Door de rooilijnwijziging, vastgelegd in het Koninklijk Besluit van 7 maart 1859, werden enkele oorspronkelijke huizen aan de zuidelijke straatzijde deels afgebroken en voorzien van een nieuwe gevel.
De stadswoning heeft een bepleisterde en witbeschilderde, in- en uitgezwenkte topgevel met rolwerk, uitgewerkt in een eclectische stijl. De gevel wordt verticaal benadrukt door hoekpilasters met centraal een mascaron. De vensters zijn zo opgebouwd dat ze versmallen en verkleinen naar boven toe. Op de tweede bouwlaag komt een drielicht voor waarboven bakkerssymbolen tussen hoornen des overvloeds zijn aangebracht. Bewaard houtwerk met fijne roeden onder meer bovenlichten voorzien van vorkverdelingen.
Deze tekst is een samenvoeging van volgende twee teksten:
Auteurs: Gilté, Stefanie; Vanwalleghem, Aagje
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Gilté S. & Vanwalleghem A. 2020: Stadswoning met eclectische gevel [online], https://id.erfgoed.net/teksten/360888 (geraadpleegd op ).
Dit pand met de eclectisch uitgewerkte gevel dateert van na 1859 toen een aantal huizen in de Geldmuntstraat moesten wijken voor een wijziging van de rooilijn. Het heeft een zeer uitzonderlijke gevel die gekenmerkt wordt door bakkerssymbolen, hoornen des overvloeds, mascarons en rolwerk.
Het diephuis van één travee en drie bouwlagen dateert uit de tweede helft van de negentiende eeuw want het werd vermoedelijk ook gebouwd naar de heraanleg van de Geldmuntstraat in 1859. Door de rooilijnwijziging, vastgelegd in het Koninklijk Besluit van 7 maart 1859 werden enkele oorspronkelijke huizen aan de zuidelijke straatzijde deels afgebroken en voorzien van een nieuwe gevel.
Het is een bepleisterde en witbeschilderde, in- en uitgezwenkte topgevel met rolwerk, uitgewerkt in een eclectische stijl. De gevel wordt verticaal benadrukt door hoekpilasters met centraal een mascaron. De vensters zijn zo opgebouwd dat ze versmallen en verkleinen naar boven toe. Op de tweede bouwlaag komt een drielicht voor waarboven bakkerssymbolen tussen hoornen des overvloeds zijn aangebracht. Bewaard houtwerk met fijne roeden o.m. bovenlichten voorzien van vorkverdelingen.
Bron: Onroerend Erfgoed, Digitaal beschermingsdossier DW002193, 107 Monumenten – deel 1.
Auteurs: Gilté, Stefanie; Vanwalleghem, Aagje
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Gilté S. & Vanwalleghem A. 2002: Stadswoning met eclectische gevel [online], https://id.erfgoed.net/teksten/360887 (geraadpleegd op ).
Stadswoning van drie bouwlagen, opgetrokken in 1860 op de hier toen nieuwe rooilijn. Deel uitmakend van een bepleisterde gevelwand met stilistisch verschillend uitgewerkte panden.
In- en uitgezwenkte topgevel met rolwerk; hoekpilasters met centraal mascaron. Op tweede bouwlaag, drielicht waarboven bakkerssymbolen tussen hoornen des overvloeds.
Bron: GILTÉ S. & VANWALLEGHEM A. 1999: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Brugge, Oudste kern, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 18nA, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Gilté, Stefanie; Vanwalleghem, Aagje
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Gilté S. & Vanwalleghem A. 1999: Stadswoning met eclectische gevel [online], https://id.erfgoed.net/teksten/29276 (geraadpleegd op ).