is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Huis De Cluuse
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Stadswoning
Deze vaststelling was geldig van tot
Huis "De Cluuse", diephuis van twee bouwlagen onder zadeldak, aan de hoek met de gedempte Kraanrei. In kern woonhuis dat hier in de jaren 1270 werd gebouwd naast de verdwenen tredmolenkraan. Bijzonder is dat het huis vandaag nog in grote mate beantwoordt aan afbeeldingen van het Kraanplein in schilderijen en miniaturen van Hans Memling, Simon Bening en Pieter Pourbus. Renovatie in 2016 met bouwhistorisch en dendrochronologisch onderzoek.
Vrijstaande zijgevel langs de Kraanrei, als tuitgevel uitwerkte voorgevel aan het Kraanplein. Verankerde bakstenen gevels, opklimmend tot de jaren 1270 maar in huidig toestand het resultaat van verbouwingen in de 16de eeuw en 18de eeuw. Zijgevel met keldergat, 16de-eeuws korfboogvenster met natuurstenen negblokken en 18de-eeuwse vensteropeningen met licht getoogde overspanningen. De versnijding boven het korfboogvenster houdt verband met de later toegevoegde schoorsteen. Naast de versnijding tekent zich een gedichte vensteropening af. 16de-eeuwse dakkapel met tuitgeveltje op treden.
Boven de verbouwde begane grond van de voorgevel drie vensteropeningen en in de geveltop een oeil de bœuf uit de 18de eeuw. Centrale vensteropening van de zolder mogelijk deel van de 16de-eeuwse bouwfase. Wellicht nog daterend uit de jaren 1270 zijn de rollagen van de geveltop, gevormd met profielbakstenen tegen een klimmende waterlijst. De schoorsteen tegen de achtergevel staat waarschijnlijk op de plaats van de schoorsteen van het middeleeuwse huis.
Binnenin bevat het huis een overwelfde kelder, een gelijkvloerse en eerste verdieping met samengestelde balklagen en een zolder met sporenkap. 19de-eeuwse slingertrap tussen de verdiepingen.
Moerbalken van de gelijkvloerse en eerste verdieping oorspronkelijk geschraagd door korbelen en muurstijlen. Alleen de tweede zuidelijke moerbalk van de eerste verdieping is volledig in deze toestand bewaard, met een console in Doornikse kalksteen voor de muurstijl tegen de westmuur. De overige korbelen en muurstijlen zijn reconstructies ingebracht tijdens de renovatie van 2016. Op enkele plaatsen tussen de ingelaten kinderbalken zijn kopschotjes bewaard. Inkepingen en uitsparingen in de zuidelijkste moerbalk van de gelijkvloerse verdieping wijzen op een verdwenen tussenwand. Wellicht bevond zich voor de wand een winkelruimte, zoals te zien is op de afbeeldingen van het huis op stadszichten uit de 15de en 16de eeuw.
Op de eerste verdieping draagt een deel van de westmuur een parement in pseudo-middeleeuws baksteenmetselwerk uit de late 20ste eeuw. De schouw tegen de zijgevel werd hierbij verbouwd met hergebruikte middeleeuwse bakstenen. Bouwsporen tussen en onder de vensteropeningen van de voorgevel getuigen van verbouwingen van de voorgevel. In de noordmuur is de plaats van de verdwenen haard nog herkenbaar.
De oostmuur is grotendeels bewaard in zijn oorspronkelijke toestand. De lavabonis bij de voorgevel en de gedichte kaarsnis tussen de trap en de achtergevel zijn originele interieurelementen. Het staand metselverband, de afmetingen van de bakstenen en de tienlagenmaat van het baksteenmetselwerk wijzen op een bouw van het huis in de periode 1270-1300. Van de vier schouwen op de gelijkvloerse en eerste verdieping (twee tegen de zijgevel en twee tegen de achtergevel) is alleen de schouw tegen de zijgevel van de eerste verdieping bewaard in verbouwde toestand. Tijdens de renovatie in 2016 werden op de noordwand van de eerste verdieping resten gevonden van de oorspronkelijke binnenafwerking: imitatieschilderingen van baksteenmetselwerk en een grijze afwerking rond een gedichte vensteropening.
De dakkap is een enkelvoudige sporenkap met een spits, onbetimmerd tongewelf gevormd door gebogen korbelen en standzonen. Om verdere overhelling tegen te gaan zijn naderhand flieringen en een nokgording toegevoegd. De oorspronkelijke constructie van de voet van de kap is alleen achter de koker van de slingertrap bewaard. De standzonen steunen op blokkelen die op hun beurt rusten op een dubbele muurplaat en de uiterste kinderbalk van de balklaag van de eerste verdieping. Van de twee windlatten in de dakkap is alleen deze aan de westzijde bewaard. De talrijke ronde doorboringen en de vorkvormige uitsparing wijzen op hergebruik van scheepshout. Uit de zichtbare telmerken blijkt dat er uit de dakkap geen gespannen verdwenen zijn, ook niet aan de voorgevel. Het huis uit de jaren 1270 had dus van meet af aan een bakstenen voorgevel, naar alle waarschijnlijkheid de (weliswaar verbouwde) huidige gevel.
In de dakkap komen dezelfde vlot- en handelsmerken voor als in de balklagen van de gelijkvloerse en eerste verdieping. Ook de bewaarde vlotgaten hebben dezelfde uitvoering. Het wijst er op dat de balken van de dakkap en de zolderingen uit hetzelfde lot bouwhout afkomstig zijn. Dendrochronologisch onderzoek bevestigde de gemeenschappelijke veldatum tussen 1276 en 1279 van het eikenhout in de balklagen en de dakkap.
Auteurs: Debonne, Vincent
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Kraanplein
Is deel van
Kraanrei
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Huis De Cluuse [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/29422 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.