Twee diephuizen, achteruitspringend ten opzichte van de rooilijn, met klein voorplein afgesloten door middel van een smeedijzeren hek op arduinen basis; drie/vier traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (Vlaamse pannen).
Nummer 26, pastorie van de Sint-Jakobsparochie. Kern uit de 15de eeuw; neogotische gevel van 1890 naar ontwerp van architect J. Hubrecht (Brugge) slechts gedeeltelijk geïnspireerd op de oorspronkelijke. Verankerde bakstenen puntgevel met gebruik van natuursteen voor plint, kruis- en bolkozijnen, lateien, topbekroning. Het laag rechthoekig voorgebouwtje met trapgevel van één travee en één bouwlaag fungeert als ingangspartij. Typerende vensters in boognissen met afwisselend maaswerk met onder meer driepassen en oculi met drielobversieringen. Voetenschraper.
Nummer 28, kern uit de eerste helft van de 15de eeuw doch in 1894 zwaar gerestaureerd naar ontwerp van architect L. Delacenserie (Brugge), zie gevelsteen met opschrift "Hersteld / Louis de la Censerie / 1894". Verankerde bakstenen trapgevel (12 treden + topstuk) met gebruik van natuursteen voor plint, kruis- en bolkozijnen en rollaag. Typerende gevelindeling volgens Brugse travee, type I en maaswerkversieringen. Soortgelijk voorgebouwtje met puntgevel. Windvaan.
- Stadsarchief Brugge, Bouwvergunningen, nr. 33/1890, nr. 34/1894.
- CONSTANDT L. (ed.), Stenen herleven, 111 jaar "Kunstige Herstellingen" in Brugge 1877-1988, 1988, p. 110-111.
- DEVLIEGHER L. 1975: De huizen van Brugge, Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen 2-3, Tielt, 227.