Hoekpand van vier + drie traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (nok parallel aan de straat, Vlaamse pannen). 17de-eeuws uitzicht; mogelijk oude kern, zie natuurstenen hoekblokken en beluikte kelderopeningen. In de loop van de 19de eeuw aanpassen van de rechthoekige vensters met negblokken en hanenkam en aanbrengen van ramen met grote roedeverdeling in 1830. Herstellen van gevel in 1934: onder meer invoegen van ramen met kleine roedeverdeling en huidige, deels beglaasde voordeur. Barokwoning met verankerde Vlaamse gevel met centraal getrapt dakvenster (6 treden + topstuk). Gebruik van zandsteen voor muurbanden, negblokken, hanenkammen en lekdrempels van rechthoekige vensters en analoge deuromlijsting met kleine trap en ijzeren leuningen. Eén kelderopening met natuurstenen latei en geblokte ontlastingsboog. Zijgevel opgevat als trapgevel (9 treden + topstuk) met één beluikte kelderopening in de linker travee, voorts vensterafwerking, zie voorgevel. Topvenster tussen achthoekige oculi met arduinen omlijsting en rondboogluik in geblokte omlijsting.
Dienst Monumentenzorg en Stadsvernieuwing Brugge, Nota, 21 maart 1996.
Stadsarchief Brugge, Bouwvergunningen, nr. 775/1934.
DEVLIEGHER L. 1975: De huizen van Brugge, Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen 2-3, Tielt, 242.
Bron: GILTÉ S. & VANWALLEGHEM A. 1999: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Brugge, Oudste kern, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 18nA, Brussel - Turnhout. Auteurs: Gilté, Stefanie; Vanwalleghem, Aagje Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)