Eenheidsbebouwing van drie enkelhuizen van 1902 volgens repeterend schema; elk drie traveeën met souterrain en drie bouwlagen onder zadeldak. Art-nouveaugetinte elementen als traliewerk en faïencetegels. Oranje baksteenbouw op arduinen plint. Accentuerend gebruik van simili voor onder meer banden, aanzet- en sluitstenen en steigergaten. Rechthoekig keldervenster onder I-balk en met sierlijk smeedijzeren hekwerk. Benadrukte venstertraveeën, tussen lisenen op de bovenverdieping buikig smeedijzeren balkon op tweede bouwlaag, tegeltjes op de derde bouwlaag. Voorts rondboog- en getoogde vensters. Grosso modo bewaard houtwerk.
Stadsarchief Brugge, Bouwvergunningen, nr. 97/1902.
Bron: GILTÉ S. & VANWALLEGHEM A. 1999: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Brugge, Oudste kern, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 18nA Noord, Brussel - Turnhout. Auteurs: Gilté, Stefanie; Vanwalleghem, Aagje Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)