Imposant gotisch diephuis van vijf traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (Vlaamse pannen). Vóór 1899: puntgevel van vier traveeën; zijvensters opgenomen in afbuigende travee-nissen: middenvensters ingeschreven in een brede, naar boven toe vernauwende nis die alleen nog de centrale zolderopening omvatte: latere links aanbouw van één travee-nis afgesloten door gekoppelde korfboogjes. In 1899 wordt een symmetrische compositie doorgedreven: in de nu gelijkbenige trapgevel wordt elke travee-nis afzonderlijk behandeld als Brugse traveeën, type I; het blinde maaswerk van de kop is het meest uitgewerkt in middentraveeën en wordt in de zijtraveeën vereenvoudigd en symmetrisch toegepast; uiterste travee-nissen naar het patroon van de vroegere linker aanbouw. Herschilderd in 1998. Verankerde bakstenen trapgevel (13 treden + topstuk), witbeschilderd boven de natuurstenen plint - gedeeltelijk van Doornikse steen - met rondbogige beluikte en vierkante betraliede kelderopening. Brugse traveeën, type I met gedeeltelijk bewaarde kwartrond geprofileerde dagkanten en maaswerk. Rechthoekige muuropeningen; deur met arduinen buitentrap; T-ramen en natuurstenen bolkozijnen onder beluikte rondboogopening en hijsbalk in de geveltop. Twee polygonale schoorsteenschachten. Achtergevel: verankerde bakstenen puntgevel met in de loop van de 19de eeuw aangepaste muuropeningen, zie ontlastingsbogen. Vermoedelijk hermetselde top.
Interieur. Twee kelders met tongewelf straat. Kelder links met kaarsnissen. Kelder rechts met spaarnis en houten spiltrap. Op verhoogde begane grond, steektrap en voorts ook marmeren schouwen uit de 19de eeuw en plafonds met stucwerk.
DEVLIEGHER L. 1975: De huizen van Brugge, Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen 2-3, Tielt, 348.
Bron: GILTÉ S. & VANWALLEGHEM A. 1999: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Brugge, Oudste kern, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 18nA, Brussel - Turnhout. Auteurs: Gilté, Stefanie; Vanwalleghem, Aagje Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)