Diephuis van drie traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak. Trapgevel gedateerd "16 / 83", in plaats van een houten gevel. "Kunstige herstelling" van 1922-1925 naar ontwerp van architect M. Fétu (Gent) onder meer decaperen en inbrengen van witstenen elementen. Tot 1852, ingang in derde travee met natuurstenen geprofileerde deuromlijsting in Lodewijk XIV-stijl, toen vervangen door een bredere beglaasde deur. "Kunstige Herstelling" van 1992 naar ontwerp van architect L. Vermeersch (Brugge): ontwerp huidige pui met centrale toegang. Verankerde bakstenen trapgevel (7 treden + topstuk) met gebruik van witsteen voor plint, kruis- en bolkozijnen, geblokte ontlastingsbogen en omlijste oculus met druiplijst in de geveltop; arduin voor lekdrempels. Cartouche in neostijl in het boogveld van het zoldervenster.
Dienst Openbare Werken Brugge, Bouwvergunningen, nr. 297/1992.
Stadsarchief Brugge, Bouwvergunningen, nr. 77/1852, nrs. 154 en 551/1922.
DEVLIEGHER L. 1975: De huizen van Brugge, Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen 2-3, Tielt, 392.
Bron: GILTÉ S. & VANWALLEGHEM A. 1999: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Brugge, Oudste kern, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 18nA, Brussel - Turnhout. Auteurs: Gilté, Stefanie; Vanwalleghem, Aagje Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)