Voormalige Refuge van de Sint-Pietersabdij van Gent, uitgestrekt tot en met de nummers 43-45 en Steenstraat nummer 96. Breedhuis uit de 16de eeuw op L-vormige plattegrond, links geflankeerd door voormalig brandstraatje, met in oksel 19de-eeuws trappenhuis en aan tuinzijde links, nieuwbouw uit jaren 1960.

Breedhuis van zes traveeën en twee bouwlagen onder zadeldaken (Vlaamse pannen), uit de 16de eeuw met latere aanpassingen onder meer in 1880, toevoegen van kruiskozijnen, kantelen en uitkragende spitsboogfries op kleine consoles onder kroonlijst. Gekanteelde gevel met zandstenen parement; getrapt dakvenster en rechts, trapgevel (6 treden + topstuk) met Brugs beertje op topstuk; sierankers. Vensteropeningen met afgeschuinde dagkanten; waterspuwer onder het bolkozijn van het dakvenster; deur met gedeeld bovenlicht in de tweede travee. Links zijtuitgevel van bakstenen; op de begane grond kruiskozijn met afgeschuinde dagkanten, op de verdieping, gedicht venster onder ontlastingsboog; op zolderverdieping, rechthoekige openingen in korfboognissen. Bepleisterde achtergevel: links, puntgevel met rechthoekige vensters, rechts, 19de-eeuwse aanbouw op rechthoekige plattegrond met verankerde bepleisterde gevel met twee oculi. Aan tuinzijde, vleugel van drie bouwlagen met 16de-eeuwse kern doch wijzigingen in de 19de eeuw-eerste kwart van de 20ste eeuw.

Interieur. Kelder aan brandgangzijde onder tongewelf; onder trappenhal, smalle kelder met tudorvormig gewelf en segmentboognissen. Begane grond aan straatzijde, twee salons enerzijds in neo-Lodewijk XVI-stijl met onder meer lambriseringen met bas-reliëfs, schouwen, penantspiegels, deuren verfraaid met sopraportes, en anderzijds art-decogeïnspireerde stoffering. Aan tuinzijde, veranda in eclectische stijl met houten wandbekleding met onder meer ingemaakte kasten, brandglazen en schouw met tegels. 19de-eeuwse spiltrap. Voorts bewaarde constructie-elementen zoals moer- en strijkbalken, 16de-eeuwse schaargebinten en een gevelbint met nokgebinte, nokbalk en gordingen.