De Kwarekkendreef werd in 1718 aangelegd onder impuls van Jean Philippe Eugène de Merode, die over heel zijn grondgebied dreven liet aanleggen. Aanvankelijk liep deze dreef over de zuidrand van de donk, maar bij de aanleg van de Marlyhoeve, in de tweede helft van de 18de eeuw, werd een deel van de dreef verlegd naar de noordrand van de donk.
De dreven werden gewoonlijk aangelegd met drie rijen bomen, meestal beuk en eik, aan weerszijden van de wegzate.
Langs het restant van de oude Kwarekkendreef resten nog een aantal majestueuze beuken met een stamomtrek van bijna 4 meter. Ook in het bos naast deze dreef zijn nog oude beuken aanwezig, die mogelijk deel uitmaakten van de tweede of derde gang. Waarschijnlijk dateren de huidige bomen niet uit de 18de eeuw, maar werden ze later aangeplant. Dreven werden immers regelmatig gekapt en heraangeplant voor de houtopbrengst.
- Rijksarchief Brussel, Kaarten en plannen uit het Familie-archief de Merode-Westerlo, Figuratieve kaarten van Westerlo (1720) (Merode KPT 2 n°05, n°07 en n°08/1).
- Onroerend Erfgoed [Antwerpen], Aanduidingsdossier A025 'Grote Nete van Zammel tot Zoerle, Beeltjens en de depressie van Goor-Asbroek' (Kinnaer A., 2014).