is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Parochiekerk Sint-Michiel
Deze vaststelling is geldig sinds
Hansotte, Gustave (Ontwerper)
Spaak, Louis (Ontwerper)
Herinventarisatie bouwkundig erfgoed Overijse (geografische inventarisatie: van tot )
Noordoostelijk georiënteerde, neoclassicistische parochiekerk uit de eerste helft van de 19de eeuw, gelegen in een bocht van de Bollestraat, aan de kruising met de Kapelleweg. De kerk wordt omgeven door een ommuurd kerkhof.
Volgens archiefgegevens uit de 16de eeuw werd de kapel gesticht door Robrecht Lichtvorst en zijn vrouw Katarina, maar het is niet duidelijk wanneer. De eerste kapel zou niet ouder zijn dan de tweede helft van de 14de of begin van de 15de eeuw. Toch vermeldt J. Verbesselt dat de Sint-Michielstitel ouder is en behoorde tot stichtingen uit ten laatste de 11de eeuw. Het is dus onduidelijk of er een kapel aanwezig was voor de 14de eeuw. In Terlanen werd volgens Verbesselt vanaf 1429 een kapel vermeldt. Volgens G. Vande Putte dateert de oudste vermelding van een kapel van 1497.
In de 18de eeuw was de kapelanie verbonden met de abdij van Hertogendal (of Valduc). Een onderpastoor van Overijse deed de missen. De abdij liet ook de pastorie bouwen.
Op de Ferrariskaart (circa 1771-1778) is te zien dat de kapel niet op de huidige locatie van de kerk stond, maar op die van de huidige gemeenteschool. De kapel had een kruisvorm met ronde apsis. G. Vande Putte vindt de melding van een kerkhof rond de kerk pas in 1722. Dit kerkhof is trouwens niet aangeduid op de Ferrariskaart (1770-1778).
In 1809 werd de kapel officieel erkend, gevolgd door een Koninklijk Besluit in 1825. De kerkfabriek werd opgericht in 1835 en in 1838 werd begonnen met de bouw van de huidige kerk, toen nog kapel. Voor het financieren van de bouw werd beroep gedaan op giften van de parochianen. De bouw was klaar in 1840, met uitzondering van de toren en de vloertegels. De sloop van de oude kapel werd kadastraal geregistreerd in 1848. In hetzelfde jaar werd de nieuwe kerk kadastraal geregistreerd samen met het nieuwe kerkhof. De erkenning als zelfstandige parochie gebeurde in 1842. In 1843 kocht men een orgel voor de kerk en in 1848 werd de nieuwe klok gewijd.
De aanvraag voor de bouw van een nieuwe klokkentoren kwam er in 1869. Een plan uit 1868 uit het archief van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen toont de toestand van de oude toren zonder spits. Het plan is ondertekend met de initialen "L.Sp.", verwijzend naar provinciaal architect Louis Spaak. De torenspits werd in 1870 gebouwd door Lorent, aannemer uit Waver. In de jaren 1870 volgde nog de vernieuwing van het dak dat zich in een slechte staat bevond, onder leiding van architect Hansotte. De pannen werd vervangen door leien. De kerk liep oorlogsschade op aan onder andere de daken, waarvoor in 1944 een gunstig advies werd verleend voor herstelling. In 1951 volgden nog herstellingen en een restauratie.
Eénbeukige kerk met een schip van vijf traveeën met ingebouwde westtoren en een koor van één travee met een halfronde apsis. Links en rechts van het koor een lagere sacristie.
Sobere baksteenbouw onder leien zadeldak, onderbouw van witte natuursteen en eenvoudige rondboogvensters met witte natuurstenen omlijstingen. Toren van één geleding boven het dak onder ingesnoerde naaldspits. Ronde galmgaten en torenuurwerk aan de vier zijden. Westgevel met rechthoekige toegang met blauwe hardstenen omlijsting en hoofdgestel en bovenaan in de gevel een rond venster. Links en rechts van de toegang ingemetste vierkante blauwe hardstenen met opschrift: "D.O.M. Bid voor de ziel van den eerw. pater Genou gebooren te Vorst den 17 april 1767 pastoor te Terlaenen ten tyde van 18 jaere sterft aldaer dan 14 febr. 1835. R.I.P." en "D.O.M. Priez pour l’ame et de notre cher eleve elevé et condisciple emile chartieau de lille mort terlaenen le 25 mai 1886. R.I.P.". Tegen het koor calvarie onder zadeldak.
Eenvoudig bepleisterd en witgeschilderd interieur met tongewelf en het onderste muurgedeelte van zichtbaar baksteenmetselwerk. Zwarte natuurstenen vloer en tegen het koor zwart-witte tegelvloer in dambordpatroon. Doksaal met orgel opengewerkt met rondbogen gescheiden door ronde zuilen met eenvoudig kapiteel.
Het houten neogotische hoofdaltaar uit 1912 is gemaakt door de firma Van Tuyn (Brussel) en bekroond met beelden van de calvarie. Beschilderde panelen met voorstellingen uit het Nieuwe Testament en op de altaartafel voorstellingen van heiligen. Links Maria-altaar, rechts Sint-Jozefaltaar. Deze zijaltaren zijn eenvoudig en hebben een klassiek hoofdgestel en een nis met heiligenbeeld. Twee eenvoudige biechtstoelen van circa 1838. Preekstoel afkomstig uit de kerk van Neerijse van circa 1838. Blauwe hardstenen doopvont uit de 19de eeuw. Vier eiken medaillons met in verheven reliëf de vier evangelisten en hun symbool, uit de tweede helft van de 18de eeuw.
Het kerkhof is toegankelijk via de Kapelleweg en via een zijpad van de Bollestraat. Op het kerkhof liggen tegen de noordelijke muur 15 graven van het Gemenebest. Deze graven zijn van Engelse soldaten die de luchtafweerstellingen bezetten tijdens de meidagen van 1940 bij de verdediging van de KW-linie. Bij de graven van het Gemenebest een beeld van een Engelse soldaat op wacht en gedenkplaat voor de gesneuvelde Petrus-Arthur Michiels (1887-1914). Het beeld van de soldaat op wacht bracht in oorsprong een groet aan de overleden gevangenen op het kerkhof naast het "Kamp van Terlanen"(zie Terlanen).
Auteurs: Verwinnen, Katrien
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Terlanen
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2025: Parochiekerk Sint-Michiel [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/300433 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.