Burgerhuis in neoclassicistische stijl gebouwd in opdracht van A. van Opstal, naar een ontwerp door de architect Lievin Van Opstal uit 1882. Bouwheer en architect waren allicht familie. In de bouwplannen is de vierde travee beperkt tot de begane grond, maar een bouwdossier voor het optrekken van de verdiepingen (met geringe bouwdiepte) werd niet teruggevonden. Of het gaat om een gewijzigde uitvoering van de bouwplannen, of een latere verbouwing, valt bijgevolg niet met zekerheid uit te maken.

Representatief voor zijn rijpe oeuvre, kwam het hotel Van Opstal tot stand op het hoogtepunt van de succesvolle loopbaan van Lievin Van Opstal, die alleen al in de jaren 1870 meer dan honderd woningen realiseerde in Antwerpen, gaande van burgerhuizen als dit tot de meest prestigieuze herenwoningen voor het patriciaat, met een grote concentratie op de verkavelde voormalige krijgsgronden (Spaanse vesten). Actief van midden jaren 1840 tot kort voor 1900, liep zijn praktijk vanaf 1880 samen met die van zijn zoon en opvolger Edouard Van Opstal.

Met een gevelbreedte van vier traveeën omvat de rijwoning een souterrain en drie bouwlagen onder een zadeldak. De bepleisterde en beschilderde lijstgevel rust op een geprofileerde plint uit blauwe hardsteen. Nadrukkelijk geleed door kordonvormende lekdrempels, pui- en waterlijsten, met schijnvoegen op de begane grond, legt de compositie de klemtoon op de eerste verdieping. Deze wordt gemarkeerd door een panelenfries en doorgetrokken ijzeren borstweringen met rozetten, daar waar een balkon op acanthusbladconsoles, pilasters en een entablement het accent leggen op de tweede travee. Verder is de opstand opgebouwd uit registers van rechthoekige deur- en vensteropeningen, met geprofileerde dagkanten op de begane grond en geriemde omlijstingen op de bovenverdiepingen. De gevelbeëindiging wordt gevormd door een klassieke hoofdgestel met architraaf, panelenfries en een houten, gekorniste kroonlijst op klossen. Van het oorspronkelijke schrijnwerk is enkel de vleugeldeur bewerkt met paneelwerk, diamantkoppen, frontons en metopen-trigliefenfries bewaard; smeedijzeren keldertralies en gietijzeren voetschraper.