Opvallende woning ontworpen door het Brusselse genootschap van architecten Ward De Neys en A.J. Lode Janssens, volgens een bouwaanvraag van 1976 in opdracht van Van de Steen-Heremans. De plannen werden enkel door architect Lode Janssens ondertekend. Een bouwaanvraag uit 1980 voor de uitbreiding van de woning achteraan met een garage werd geweigerd. De woning met tuin is gelegen in de zogenaamde Morel-verkaveling, verwijzend naar de familie die het nabij gelegen Kasteel Borluut in haar bezit had en dat via een lindedreef verbonden is met de Kortrijksesteenweg.
Eenlaagse woning met een heel individueel karakter, aanleunend bij het brutalisme door het gebruik van zichtbare grijze betonstenen ('Betorix'). Het platte dak wordt afgelijnd met een boord in multiplex. Relatief gesloten gevels, waarbij weldoordacht geplaatste, voornamelijk verticale vensteropeningen het volume doorbreken, hierbij inspelend op de oriëntatie en het architectuurprogramma. Met name de leefruimte wordt sterk vertaald naar buiten toe door grotere glaspartijen aan de voor- en achterzijde, gecombineerd met een hoog geplaatst, horizontaal bandraam in de zuidwestelijke zijgevel. De twee kinderkamers worden in de noordoostelijke zijgevel speels veruitwendigd door vensters in de geabstraheerde vorm van een persoon. Het houten schrijnwerk is bewaard en is thans roze geschilderd. De volledig beglaasde inkom is ongeveer centraal in de voorgevel gesitueerd en wordt voorafgegaan door een open portiek onder de overkragende dakoverstek. De strakke houten kolom die de luifel ondersteunt, ligt in het verlengde van een vrijstaande houten, thans begroeide, afsluiting, die inkijk in de living vanaf de straat verhindert.
De onconventionele planindeling omvat volgens de bouwplannen een inkom met toilet, ten noordwesten geflankeerd door een vooruitspringend volume met het bureau. Na een beglaasde doorgang ontvouwt zich ten zuidoosten de leefruimte, gecombineerd met een open keuken met een vrijstaand keukeneiland. Ten zuidoosten staat de leefruimte in een open relatie tot de tuin door middel van een terras, onder een strak vormgegeven houten structuur, ingevuld met glas. De leefruimte wordt bijkomend verlicht via een lichtkoepel. De drie slaapkamers geven rechtstreeks uit op de leefruimte en omvatten aansluitend sanitair, namelijk een badkamer bij de slaapkamer van de ouders en een douche bij de gekoppelde kinderkamers. Het toilet is via twee deuren toegankelijk vanuit zowel de leefruimte als de grote slaapkamer. Ten oosten bevinden zich nog de was- en stookplaats en een berging. Naar verluidt is de planindeling en interieuraankleding gaaf bewaard. Er werd echter geen toegang verleend tot het interieur.
- Dienstencentrum Zwijnaarde, Bouwdossiers Sint-Denijs-Westrem, 1802/76 en 2184/80.
- S.N. 1988: Panorama. Vrijstaande woningen, in: DE KOONING M. (red.), Architectuur als Buur. Panorama van Gent en omstreken 1968-1988, Gent, 155.
- Informatie verkregen van de eigenaar (28 april 2017).