Vrijstaande woning ontworpen door architect Jean Van den Bogaerde volgens een bouwaanvraag van 1955 in opdracht van Marcel Vanhove. De woning is gelegen op het hoekperceel van de Rogier Van der Weydenlaan en de David Tenierslaan in een naoorlogse verkaveling, toen 'Van de Vijvere' genaamd.

Woning Vanhove is één van de vroegste realisaties van architect Van den Bogaerde, te situeren in het jaar waarin hij docent werd aan het Sint-Lucasinstituut in Gent, de instelling waar hij drie jaar eerder zijn diploma in Architectuur en Stedenbouw behaalde. Desalniettemin getuigt de woning reeds van een voor die tijd vernieuwende vormgeving als een sobere voorloper van de expo-stijl. Het pand week af van klassiek geïnspireerde woningen die gelijktijdig in de omgeving werden gebouwd, door onder meer de vlinderdaken en het contrasterend materiaalgebruik. Eén van de voornaamste karakteristieken van het ontwerp en de planindeling is de evenwichtige, rationele overweging van de oriëntatie.

De onderkelderde woning omvat twee onderdelen, namelijk het hoofdvolume van twee bouwlagen en een lager volume met garage. Sterk uitkragende vlinderdaken (roofing) op welfsels in spanbeton dekken de volumes af. Het uitkragende dak van de garage, ondersteund door een smalle pijler, wordt benut als een geprononceerde luifel voor de toegangsdeur. Contrasterend materiaalgebruik, waarbij de licht geschilderde bakstenen gevels gecombineerd worden met gevelelementen in breuksteen, zoals de gemarkeerde schouw, en afwerkingen met houten latjes in geverniste kambala in de deurtravee en in de venstertravee van de zijgevel. De noordwestelijk georiënteerde voorgevel is heel gesloten uitgevoerd in tegenstelling tot de opengewerkte achter- en zijgevels, zoals overeenstemt met de oriëntatie en de planindeling. Een terras aan de tuin en een bovenliggend balkon openen de leef- en slaapkamer bijkomend naar buiten toe. Al het schrijnwerk werd vernieuwd.

Het grondplan is relatief eenvoudig, doch weloverwogen, efficiënt en functioneel opgevat. In de gedeeltelijke kelderverdieping is ruimte voor de verwarming, kolen en voorraad. Op de gelijkvloerse verdieping leidt volgens de bouwplannen een hal naar een grote leefruimte ten zuidwesten, met woonkamer en eethoek. De eetplaats is via een doorsteek verbonden met de afgesloten keuken. De lagere aanbouw omvat de garage, een toilet en vestiaire. Op de bovenverdieping bevindt zich aan de straatzijde een badkamer met bad en stortbad, evenals een afzonderlijk toilet, beide veruitwendigd via hoog geplaatste vensters en geflankeerd door ingemaakte kasten op de overloop. De vier slaapkamers zijn gesitueerd aan de tuinzijde en worden via grote venters geopend naar het zuiden.