Villa in naoorlogs modernisme, naar ontwerp van architect Frans Mostmans uit 1976, in opdracht van F. Bowin en kadastraal geregistreerd in 1977.
Het nu witgeschilderde volume (volgens de bouwaanvraag met parement uit paarse Heidebloemsteen) met brutalistische inslag van twee bouwlagen onder plat en deels afgeschuind dak is ingeplant op een trapeziumvormig, omhaagd bouwperceel. De zuidwestgerichte gevel aan straatzijde is vrij gesloten en sober en wordt gedomineerd door een schuin dakvlak, gedekt met zwarte leien. Het geheel heeft een interessante volumewerking met een cascade die zich in zuidoostelijke richting ontwikkelt en eindigt op een terras met een vaste, stenen barbecue, zo voorzien op de plannen. Contrasterend zwart geschilderd houten schrijnwerk en twee hoog oplopende, ronde zwarte stalen schoorstenen.
Het geknikte grondplan maakt maximaal gebruik van de oriëntatie van het perceel en voorziet onder meer in een groot zonneterras op de verdieping, met een schuine steektrap naar de tuin.
Volgens de bouwplannen zijn in de kleine L-vormige vleugel aan straatzijde op de benedenverdieping de garage en de inkomhal ondergebracht. De vleugel met de woonvertrekken staat onder een stompe hoek hierop. De architect maakt ook in het interieur gebruik van stompe hoeken, zodat een reeks ruimtes met ongebruikelijke, hoekige grondvormen ontstaat. Een keukenhoek met aansluitende eetruimte zijn aan de noordkant gesitueerd, in de zuidoosthoek sluit de vijfhoekige zithoek aan op het ruime tuinterras met de barbecue.
Centraal op de overloop van de bovenverdieping is een grote hobbyruimte voorzien. Boven de garage en de inkom bevinden zich de slaapkamer voor de ouders en de gastenkamer. De kinderkamers liggen aan de noordkant, de badkamer bevindt zich tussen deze slaapkamers en de ouderslaapkamer. Op de zuidoosthoek is een ruim zonneterras voorzien, dat met een trap toegang geeft tot de tuin. De huidige toestand van het interieur kon niet worden nagegaan.
- Stadsarchief Gent, Bouwaanvragen Sint-Denijs-Westrem, 1800/76.