Burgerhuis in neoclassicistische stijl gebouwd in opdracht van de heer Ch. Desmecht, naar een ontwerp door de architect Jos. Bascourt uit 1894. Voor dezelfde bouwheer zou Bascourt in 1895 nog een tweede, vandaag verdwenen burgerhuis tot stand brengen in de Bexstraat.
Het hotel Desmecht behoort tot het vroege oeuvre van Jos Bascourt, die in 1887 zijn debuut had gemaakt met een burgerhuis voor zijn tante Marie-Eugenie Buelens aan de Markgravelei. De architect voerde op dat ogenblik een reeks opdrachten uit voor de Naamlooze Bouwmaatschappij voor het Bouwen van Burgershuizen in Zurenborg. Daartoe behoorden het eclectische "Café du Dôme" uit 1893 in de Grotehondstraat, en een van de meest opmerkelijke woninggroepen aan de voorname Cogels-Osylei, het monumentale "In de Sterre, de Sonne en de Mane" in neo-Vlaamserenaissance-stijl eveneens uit 1894. In tegenstelling tot deze exuberante architectuur, ontwierp Bascourt het onopvallende hotel Desmecht in een conventioneel neoclassicistisch idioom aangepast aan de buurpanden, het hotel Donas door Edm. Van Waeterschoodt uit 1890 (nummer 23) en een burgerhuis door Louis Hamaide uit 1891 (nummer 19). Vanaf eind jaren 1890 zou de architect een pioniersrol vervullen bij de introductie van de art nouveau in Antwerpen.
Met een gevelbreedte van drie traveeën omvat de rijwoning drie bouwlagen onder een zadeldak. De bepleisterde en beschilderde lijstgevel met bossage op de begane grond, rust op een geprofileerde plint uit blauwe hardsteen. Nadrukkelijk horizontaal geleed door kordonvormende lekdrempels, pui- en waterlijsten, en symmetrisch van opzet, legt de compositie de klemtoon op de middenas. Deze wordt op de eerste verdieping gemarkeerd door een balkon met consoles en balustrade. Verder is de opstand opgebouwd uit registers van rechthoekige deur- en vensteropeningen, op de bovenverdiepingen in geriemde omlijsting. Een klassiek hoofdgestel met architraaf, een stucwerkfries versierd met rankwerkmedaillons en palmetten, en een houten kroonlijst op klossen en tandlijst, vormt de gevelbeëindiging. Het houten schrijnwerk van de inkomdeur en de vensters is bewaard, evenals de rolluikkasten en de gietijzeren voetschraper.
De plattegrond beantwoordt aan de klassieke typologie van het burgerhuis, dat uit een voorbouw en een smalle achterbouw in entresol bestaat, ontsloten door de zijdelings ingeplante inkom- en traphal.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 1894#1300 (Antoon Van Dyckstraat), 1895#1305 (Bexstraat).