erfgoedobject

Woning Picard

bouwkundig element
ID
300925
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/300925

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Woning Picard
    Deze vaststelling is geldig sinds

  • is deel van de aanduiding als vastgesteld bouwkundig erfgoed Modelwijk Korte Rijakkerstraat
    Deze vaststelling is geldig sinds

Beschrijving

Woning van Hein Picard, ontworpen door architect Daniël (Dan) Craet in 1955, en later uitgebreid aan de straatkant met een nieuw garagevolume.

De woning vormt één van de vroegste realisaties van Daniël Craet en is gelegen in de moderne modelverkaveling, die in Mariakerke aan de Korte Rijakkerstraat tot stand kwam op familiegronden van architect Olivier Nowé. De woning is gelegen in de buurt van enkele andere, quasi gelijktijdige realisaties van Craet, zoals de woningen voor zijn schoonbroer, schoonvader en zijn eigen woning (respectievelijk Korte Rijakkerstraat 16, Verschansingsstraat 6 en 4). Ook in de modelwijk ontwierp Craet in 1955 samen met Nowé de woningen De Maertelaere (Edgard Blancquaertstraat 16) en woning Lanclus (Korte Rijakkerstraat 20). Met deze laatste vertoont woning Picard gelijkenissen aan het exterieur. Craet trad in deze wijk niet alleen op als zelfstandig architect voor deze woning Picard, maar eveneens voor het ontwerp van de achterliggende woning Claeys-Verheughe (Edgard Blancquaertstraat 18), en de in 1959 gebouwde woning De Klerck-Dossche (Korte Rijakkerstraat 34).

Woning Picard sluit aan bij de gelijktijdige, nabijgelegen ontwerpen en illustreert de ontwerpprincipes van Craets vroege oeuvre. De modernistische woning ontvouwde zich oorspronkelijk volgens een L-vormige plattegrond met links aan de straatkant een vooruitspringend eenlaags volume met garage. Dit deel werd later aangepast, voorzien van een hoge schouw en er kwam een nieuw volume van één bouwlaag met een dubbele garage tot stand aan de rechterzijde van de inkom. Het hoofdvolume omvat twee bouwlagen onder een licht hellend dak, waarbij de tuingevel hoger opgetrokken is. In de lijn met andere ontwerpen van Craet heeft de woning een parement van wit geschilderde baksteen, in combinatie met ongeschilderde baksteen, hier gebruikt voor het brede schouwvolume ten zuidwesten en een liseen in de achtergevel. Het witte volume wordt geaccentueerd door donkere gevelaccenten, zoals de kroonlijsten van de daken, de plinten, de houten bebording ter afwerking van de dakoverstek aan de achterzijde en het – weliswaar vernieuwde – schrijnwerk. Op de plannen waren ook horizontale banden in zwart afgewerkte beton voorzien. De combinatie van verschillende materialen verhoogt het sculpturale effect van het volume, dat ook bepaald wordt door de subtiele dynamiek van de oplopende, asymmetrische daken.

De woning is opengewerkt in relatie tot de oriëntatie en met aandacht voor de privacy van de bewoners, wat eveneens kenmerkend is voor Craets oeuvre. De relatief gesloten noordwestelijke straatgevel contrasteert met de sterker opengewerkte zuidoostelijke achtergevel en de zuidwestelijke zijgevel. De achtergevel opent zich naar de tuin door middel van schuiframen en op de bovenverdieping door een balkon, afgesloten met een fijne ijzeren balustrade. De schikking van de rechthoekige vensters, in combinatie met enkele glasdallen, vertaalt de indeling van het interieur.

Volgens de bouwplannen omvat de woning op de gelijkvloerse verdieping een inkom met traphal, geflankeerd door een inham met vestiaire, een sas tot de toenmalige garage en een toilet. Daarachter bevindt zich een archiefruimte, die in verbinding staat met het bureel aan de achterzijde van de woning. Het bureel maakt deel uit van de leefruimte, die zich uitstrekt over de volledige gevelbreedte, en waarbij de plannen een mogelijke afsluiting met een vouwgordijn tonen. Ten zuidwesten van de hal bevindt zich volgens de plannen de eetkamer met achterliggend de keuken, die op haar beurt verbonden is met de leefruimte. Op de bovenverdieping kijken drie slaapkamers uit op de tuin. Die slaapkamers geven toegang tot een balkon, dat doorloopt over de volledige breedte van de woning. De overloop wordt geflankeerd door een vierde slaapkamer en een badkamer, toilet, linnenkamer en berging.

Op de bouwplannen is een aandacht afleesbaar voor functionaliteit en efficiëntie in het ruimtegebruik, onder meer door de aanwezigheid van vaste, ingemaakte kasten. Er zijn ook ontwerpplannen voor het meubilair bewaard in het archief van de Gentse meubelfirma Van den Berghe-Pauvers, namelijk voor kastenwanden in de eetplaats en keuken. Craet ontwierp op dat moment voor enkele van de nabijgelegen woningen typische doorgeefkasten tussen de living en de keuken, maar hier was dit vermoedelijk niet het geval. Het archief bewaart ook een offerte uit 1957 voor eikenhouten slaapkamermeubilair, waaronder een bed met hoofdeinde en twee laden afgewerkt met zwarte formica. De huidige bewaringstoestand van het interieur is onbekend.

  • Onroerend Erfgoed, Digitaal beschermingsdossier 4.001/44021/125.1, Woning Burssens (VERHELST J. 2018).
  • Stadsarchief Gent, BA Mariakerke, doos 42, 1955-044.
  • Stadsarchief Gent, Fonds Van den Berghe-Pauvers, nummer 504, Dossier inzake de productie van meubels naar ontwerp van architect Craet-Mariakerke (1956-1959).

Auteurs: Verhelst, Julie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Is deel van
    Modelwijk Korte Rijakkerstraat


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Woning Picard [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/300925 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.