is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Parochiekerk Sint-Joost en kerkhof
Deze vaststelling is geldig sinds
Eenvoudige parochiekerk met neoromaanse reminiscenties opgericht in 1865 naar ontwerp van provinciaal architect Louis Spaak met een bijhorend kerkhof dat zich uitstrekt ten noordwesten van de kerk.
Op het kruispunt tussen de Hoeilaartsesteenweg en de Terhulpensesteenweg stond de eerste Sint-Joostkapel. Net zoals Eizer parochiaal lange tijd ressorteerde onder Tervuren, zou een deel van Maleizen op parochiaal vlak onder Terhulpen vallen.
De kapelanie van Sint-Joost werd in 1310 opgericht als afhankelijkheid van Terhulpen door Arnold van IJse, die ook het benoemingsrecht van de kapelaan bezat. Het is niet bekend van wanneer de kapel dateert, maar ze werd in 1695 afgebeeld op een figuratieve kaart van het hof Ter Holst. Op de Ferrariskaart (1770-1778) is de kapel op de hoek met de Hoeilaartsesteenweg nog niet aangeduid. Er is wel bebouwing zichtbaar met een zelfde volume als de voormalige kapel, maar niet als zodanig aangeduid. Volgens een inventaris van 1802 was de kapel toen al in zeer slechte staat.
In 1864 werd een aanvraag gedaan tot het oprichten van een kerk met bijhorende pastorie naar ontwerp van provinciaal architect Spaak. Uit de briefwisseling van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen blijkt dat de commissie oordeelde dat de stijl van het interieur van de kerk niet in overeenstemming was met het exterieur; de bijhorende ontwerpplannen bleven niet bewaard in het archief van de Koninklijke Commissie. In het uiteindelijk plan wordt de kerk groter voor het in de toekomst groeiende aantal parochianen.
De kerk werd samen met de pastorie kadastraal geregistreerd in 1867 op gronden die eigendom waren van Guillaume Joseph Nelis (1802-1896), echtgenoot van Thérèse Kumps van het Hof ter Holst. Nelis, lid van de kamer van volksvertegenwoordigers, schonk de grond aan de kerkfabriek, volgens de literatuur op 2 april 1862. Hij ligt begraven onder een steen in de sacristie. Op de kadastrale mutatieschets is te zien dat de oude kapel op de hoek met de Hoeilaartsesteenweg op dat ogenblik nog bestaat; tot begin 20ste eeuw bleef ze aangeduid op de topografische kaarten hoewel ze werd afgebroken in 1883. Ze werd in 1879 verkocht om de bouw van de nieuwe kerk en de scholen te bekostigen.
In de jaren 1960 deed men herstellingswerken aan de kerk en werd ook het interieur grondig aangepakt naar aanwijzingen van pater Geroen De Bruycker, die ook een deel van het nieuwe meubilair ontwierp.
Eenvoudige bakstenen zaalkerk, haaks op de straat ingeplant, onder een leien zadeldak. Decoratief gebruik van witte zandsteen voor de contrasterende hoekkettingen, de waterlijsten en de onderbouw. De noordwest-zuidoost-georiënteerde plattegrond vertoont een schip van vijf traveeën met ingebouwde toren en een smaller koor van één travee en een halfronde apsis. Het koor wordt geflankeerd door annexen onder lessenaarsdak. De zuidoostelijke gevel wordt gemarkeerd door de licht uitspringende toren van drie geledingen onder ingesnoerde naaldspits. De eenvoudige rondboogpoort in een geprofileerde omlijsting van witte zandsteen zit gevat in een verdiept rondboogportaal, geflankeerd door zandstenen zuiltjes met teerlingkapiteel en onder een omlopende waterlijst met gestrekte uiteinden. Voorts gekoppelde rondboogvensters, opgevat als tweelichten met tussenzuiltjes met teerlingkapitelen, onder omlopende waterlijst met gestrekte uiteinden. Eveneens gekoppelde rondboogvormige galmgaten met tussenzuiltjes en omlopende waterlijst met gestrekte uiteinden. Onder de galmgaten een oculus. Het schip en het koor vertonen eenvoudige rondboogvensters onder waterlijst met gestrekte uiteinden.
Sober bepleisterd en beschilderd interieur met kruisribgewelven en gordelbogen in de middenbeuk en kruisribgewelven zonder gordelbogen in de zijbeuken. Geprofileerde rondboogarcaden rustend op zuilen met een achtzijdige basis van blauwe hardsteen en een lijstkapiteel scheiden de middenbeuk van de zijbeuken. De toren wordt inwendig geflankeerd door de trap naar het doksaal ten westen en kapel ten oosten. Vernieuwde vloer.
De stalen klok van de kerk werd in 1876 gegoten in Bochumer in de Ruhrstreek, mogelijk geschonken door de J.-B. Stouffs en Anna Bontemps. Volgens een veronderstelling in de literatuur stond ook de familie van Arenberg, die in Maleizen een verblijf had, in voor de schenking.
Zowel ouder en 19de-eeuws neogotisch, als modern meubilair van circa 1965, toen de kerk een grondige renovatie kreeg naar aanleiding van haar honderdjarig bestaan.
Het oudere meubilair bestaat uit een beeld van Sint-Judocus uit de 17de eeuw met houten omlijsting uit de 18de eeuw in de rechterzijbeuk, in het portaal beeldengroep van de calvarie (datering onbekend), een neogotisch hoofdaltaar, een 19de-eeuwse eiken biechtstoel en een neogotische biechtstoel, de houten borstwering van het doksaal zou afkomstig zijn van een voormalige communiebank uit de 19de eeuw. Het neogotische altaar en de neogotische biechtstoel werden recent in de kerk geplaatst. Op de inventaris van het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium van 1980 waren deze niet opgenomen. Het altaar werd in de jaren 2000 overgeplaatst van de neogotische kapel van het klooster op de Brusselsesteenweg naar deze kerk. 19de-eeuwse hardstenen doopvont, met koperen deksel van circa 1965. In de sacristie staat een ladekast voor de liturgische gewaden.
De toevoegingen uit de jaren 1960 bestaan uit moderne glasramen vervaardigd door glazenier Armand Blondeel. Beeldhouwer Willy Ceyssens ontwierp onder andere één van de bronzen bas-reliëfs aan de toegang van het portaal, het triomfkruis (keramist P. Van Schil), het tabernakel en de Godslamp (kaarsenhouder). Nieuw stenen hoofdaltaar naar ontwerp van kunstenaar Geroen De Bruycker (1966), eveneens van zijn hand is de kruisweg bestaande uit schilderijen. Wijwatervat vervaardigd door keramist Meysmans circa 1965. In de linkerzijbeuk houten beeld van Onze-Lieve-Vrouw met kind van circa 1965 naar ontwerp van beeldhouwer De Geen.
Ommuurd kerkhof ten noordoosten en noordwesten van de kerk, toegankelijk via rondboogpoorten; graftekens voornamelijk uit de periode van de Tweede Wereldoorlog tot de jaren 1970. Ten westen van het koor grafkapel van de familie Michiels. Rechthoekige kapel uit breuksteen onder een leien zadeldak. Rondboogdeur en vensters in een blauwe hardstenen omlijsting. Verder nog één grafteken van het Britse Gemenebest of de Commonwealth.
Auteurs: Verwinnen, Katrien
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Terhulpensesteenweg
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Sint-Joost en kerkhof [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/301222 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.