erfgoedobject

Hoge Hof

archeologisch geheel
ID
301367
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/301367

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als beschermde archeologische site Hoge Hof
    Deze bescherming is geldig sinds

Beschrijving

Archeologische nota

Vanaf de 10de eeuw behoorden grote delen van Helkijn rechtstreeks toe aan de bisschoppen van Doornik. Deze beheerden hun bezittingen als wereldlijke heren en gingen over tot de bouw van een kasteel op hun domein in Helkijn. De ligging van dit kasteel was strategisch gekozen, op de grens van het Graafschap Vlaanderen en op de oevers van de Schelde.

Het kasteel van de bisschoppen in Helkijn komt vaak in de historische bronnen voor. Niet alleen werden er heel wat charters en andere officiële documenten ondertekend, ook was het kasteel herhaaldelijk de inzet van oorlogshandelingen en grenstwisten. In de periode 1978-1983 werd een de site archeologisch onderzocht door de toenmalige Stichting Archeologie Zuid West-Vlaanderen, o.l.v. Philippe Despriet. In totaal werd ongeveer 1⁄4 van de site blootgelegd. De resultaten van de archeologische opgravingen, in combinatie met het historisch onderzoek, laten toe om een beeld te vormen over de aard van de site, de datering, de gaafheid en het wetenschappelijk en historisch belang van het geheel.

De opgravingen lieten toe om twee grote fasen te onderscheiden: een burchtfase (12de eeuw- 16de eeuw) en een zgn. paleisfase (17de eeuw – eind 18de eeuw). Gedurende zijn geschiedenis werd het kasteel herhaaldelijk verbouwd, vernield of afgebroken en heropgebouwd, waardoor mogelijke subfasen kunnen onderscheiden worden.

Hoewel de eerste vermelding van het kasteel pas dateert uit 1285, werd bij de opgravingen aangetoond dat de site in kern opklimt tot de tweede helft van de 12de eeuw. Er werden geen aanwijzingen gevonden van een ouder kasteel of voorloper van de burcht. Het gros van de aangetroffen sporen en structuren uit deze burchtfase dateert uit de 14de eeuw. Een belangrijke aanvulling op de archeologische data is een historische bron, nl. een historische studie over Doornik en zijn bisdom, opgesteld in 1652 door kannunik André Catulle. Deze man maakte deel uit van de bisschoppelijke hofhouding en had tal van bezittingen in en rond Helkijn. Hij baseerde zijn beschrijving van de oude burcht op eigen waarnemingen van 25 jaar voorheen.

Uit een combinatie van archeologische en historische bronnen blijkt dat de bisschoppelijke burcht werd opgetrokken op een ovaalvormig grondplan van ca. 160m lang en 100m breed, wat voor deze periode indrukwekkende afmetingen zijn. De muren van de burcht waren ruim 10 meter hoog en verrezen uit een brede walgracht (tot 30m breed). De toegang tot het binnenplein geschiedde via een brug, geflankeerd door twee torens. Ook langsheen de muur bevonden zich op regelmatige afstanden torens. Aan de binnenzijde van de omwalling bevond zich onder meer een donjon die (volgens de historische bron) 27 meter hoog was en ruim 20 meter zijde mat. Deze donjon werd niet aangesneden tijdens de opgraving, waardoor deze data niet kunnen gecheckt worden. Naar verwachting is deze donjon nog bewaard in de bodem. Wel werd een kleinere toren opgegraven van ongeveer 10 op 10 meter zijde, wat in middeleeuwse context echter ook reeds aanzienlijk is.

De burcht van de bisschoppen van Doornik speelde een belangrijke rol in de talrijke Frans- Vlaamse oorlogen in vooral de 13de en 14de eeuw. Hoewel het bisschoppelijk domein geografisch in het graafschap Vlaanderen lag, hield de bisschop van Doornik zijn wereldlijke macht rechtstreeks in leen van de Franse koning. Naast dit symbolische aspect kwam het feit dat de burcht een zeer strategische positie bekleedde in het Schelde- Leiegebied en dus in de rechtstreekse verbindingsas tussen Frankrijk en Vlaanderen. Het gevolg hiervan was dat de burcht ettelijke keren werd belegerd, veroverd en heroverd, ten dele werd vernield en weer werd hersteld. De impact van de burcht van Helkijn op de geschiedenis en de ontwikkeling van het Graafschap Vlaanderen is dan ook erg groot. In het begin van de 16de eeuw kwam hierin verandering, door het inlijven van de Nederlanden in het grote Habsburgse rijk van Karel V. Ook Doornik en omgeving werden geannexeerd en hierdoor tijdelijk uit de franse invloedsfeer getrokken. Hierdoor verloor het Hoge Hof zijn betekenis als strategische grensburcht, wat een periode van verval inluidde.

Na een lange periode van verval werd het Hoge Hof in 1628 nieuw leven ingeblazen. De bouwcampagnes van het nieuwe kasteel werden uitgebreid beschreven en deze teksten bleven bewaard. Aanleiding hiervoor was de toenemende spanning tussen Frankrijk en de Spaanse Nederlanden, met onder meer de controle over Frans-Vlaanderen en de grensstreek als inzet.
Het Hoge Hof werd ingericht naar de heersende normen van die tijd. Het comfort en de luxe waren dermate dat er sprake was van een paleis dat de concurrentie met de groten van zijn tijd kon aangaan en dat geïnspireerd was op de 17de-eeuwse hofarchitectuur. Zo werden er een nieuwe vleugel en paardenstallen gebouwd, werden er een grote landschapstuin en groentetuinen aangelegd en werd er geïnvesteerd in luxueuze interieurs die het decor vormden voor recepties en feesten. De restanten van de middeleeuwse burcht werden, voor zover ze niet vernield waren, geïntegreerd in het nieuwe paleis. Zo bleef de donjon naar verluidt gespaard en werd deze ingericht als verblijf van de bisschop zelf. Tegelijkertijd blijkt uit de schriftelijke bronnen dat dit paleis een indrukwekkende en efficiënte sterkte was, die een militair-strategisch steunpunt kon vormen in de grensconflicten tussen Frankrijk en de Nederlanden.

Beschrijving

Bij de opgravingen werden vooral de paardenstallen onderzocht, evenals een deel van de ringmuur en enkele bijgebouwen, waaronder een bakkerij. De hoofdgebouwen, met o.m. de bisschoppelijke verblijven, werden niet opgegraven en zijn nog in situ bewaard. Dit paleis bleef bestaan tot het einde van de 18e eeuw. Na de Franse Revolutie en de annexatie door Frankrijk in 1792 werd het paleis geconfisqueerd, openbaar verkocht en ontmanteld.

Het kasteel had als belangrijk machtscentrum een grote invloed op de groei en ontwikkeling van zowel het dorp Helkijn als de omgeving van het Scheldedorp, die op het kasteel werd georiënteerd. Tot op vandaag zijn hiervan sporen te zien. Verder had ook de aanwezigheid van een uitgebreide staf en hofhouding die in het kielzog van de bisschoppen naar Helkijn afzakte, een belangrijke impact op de omgeving. Zo werden tal van luxueuze hoeven en woonhuizen opgetrokken ten dienste van deze hofhouding; daarnaast had deze aanwezigheid een verregaande verfransing van de regio als gevolg, die zich tot op vandaag laat voelen.

De huidige Kasteeldreef vormt de toegangsweg tot het voormalige bisschoppelijk kasteel. Dit is een kleine weg vanuit Helkijn, die doodloopt op de boerderij naast de site (het voormalige neerhof). Vandaag de dag is de kasteelsite in gebruik als weiland, maar het voormalige kasteel is zeer duidelijk te herkennen in het landschap: het ovale wooneiland wordt omgeven door een brede circulaire laagte, die het restant is van de (gedempte) walgracht. Het hoogteverschil tussen het wooneiland en de walgrachten bedraagt om sommige plaatsen bijna twee meter. Omstreeks 1999 werd een deel van de walgracht (ongeveer 25%) door de eigenaar om landbouwkundige redenen gedempt.

De site is zeer goed herkenbaar vanuit de lucht, maar ook van op de grond is het voormalige kasteel en de configuratie met het omliggende open landschap duidelijk te zien. De openheid van dit landschap en het ontbreken van visueel storende elementen is één van de aspecten die in grote mate bijdragen tot de herkenbaarheid van het voormalige kasteel.

Hoewel kan worden aangenomen dat grote delen van het kasteel na de verkoop werden ontmanteld en verwijderd, bleek uit de opgravingen dat nog heel wat structuren en sporen in de ondergrond aanwezig zijn en dat de bewaartoestand hiervan in regel erg goed is. Bij het onderzoek werden vooral de ommuringen en de 17e-eeuwse paardenstallen onderzocht. De kern van het wooneiland, met onder meer de woonvleugels en wellicht ook de middeleeuwse donjon, werd niet onderzocht.

  • DESPRIET PH. 1984: Het kasteel van Helkijn, Bodemschatten uit Zuid-West- Vlaanderen. Resultaten van 25 jaar oudheidkundige opgravingen, Archeologische en Historische Monografieën van Zuid-West-Vlaanderen 10, Kortrijk, 83-85.
  • DESPRIET Ph. 1988: Het bisschoppelijk kasteel van Helkijn, Archeologische en Historische Monografieën van Zuid-West-Vlaanderen 20, Kortrijk, 65-102.
  • CASTELAIN R. 1988: Het bezit van het bisdom Doornik in Helkijn en omgeving, Archeologische en Historische Monografieën van Zuid-West-Vlaanderen 20, Kortrijk, 103-134.

Bron: Onroerend Erfgoed, digitaal beschermingsdossier DW002483, Spiere-Helkijn: Het Hoge Hof.
Auteurs: Van den Hove, Peter
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Hoge Hof [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/301367 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.