Het dorpsgezicht omvat de voormalige bedevaartkapel Onze-Lieve-Vrouw ter Nood en Sint-Catharina en haar omgeving. De 19de-eeuwse neoclassicistisch getinte kapel van twee traveeën diep met driezijdige sluiting wordt ten westen begrensd door een smalle kasseiweg die leidt naar achterliggende bakstenen bijgebouwen van de voormalige, 19de-eeuwse weverij, palend aan de andere zijde van het steegje.
Links aanpalend aan de weverij staat een bakstenen burgerhuis (nummer 97) van vier traveeën en twee bouwlagen, onder een zadeldak (nok parallel aan de straat). Gevel afgelijnd door een hardstenen plint en een eenvoudige kroonlijst. Getoogde vensters, geaccentueerd door hardstenen sluitstenen, aanzet- en negblokken, op hardstenen lekdorpels, doorgetrokken op de bovenverdieping tot een cordonlijst. Rechthoekige, dubbele poort in de linkertravee, voorzien van ijzeren deurroosters, onder een ontlastingsboog met sluitsteen.
Ten oosten van de kapel staat een dieper gelegen burgerhuis (nummer 101) met ommuurde voortuin, toegankelijk via een centraal ijzeren hekwerk. Dubbelhuis van drie traveeën en twee bouwlagen onder een eenvoudige kroonlijst en schilddak (pannen). Rood baksteenparement geleed met horizontale banden. De voorgevel is gevat tussen aflijnende lisenen. Getoogde vensteropeningen openen de voorgevel en zijn verlevendigd met hardstenen diamantkoppen als sluitstenen.
- D'HUYVETTER C., DE LONGIE B. & EEMAN M. 1978: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Oost-Vlaanderen, Arrondissement Aalst, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 5N2 (H-Z), Brussel - Gent.