Burgerhuis in eclectische stijl op de hoek van Grotesteenweg en Frederik de Merodeplein, gebouwd in opdracht van de heer Ed. Toen, naar een ontwerp door de archhitect François Toen uit 1901. Bouwheer en architect waren vermoedelijk naaste verwanten. Het afgeronde hoekpand bestaat uit een twee traveeën breed hoofdvolume dat een souterrain, twee bouwlagen en een pseudo-mansarde omvat, en via een eenlaagse aanbouw met attiekbalustrade aansluit op het hotel Neutgens door de architect Jan De Vroey uit 1905.
Het hotel Ed. Toen behoort tot het vroege oeuvre van François Toen, wiens loopbaan omstreeks 1895 van start ging. Hij was niet alleen actief als architect, maar bovenal als bouwpromotor. In de periode vóór de Eerste Wereldoorlog, ontwierp hij meerdere burger- en herenhuizen voor de Antwerpse burgerij, onder meer in de wijk Zurenborg. Hierbij paste Toen uiteenlopende neostijlen toe, met een statige allure en een hoog decoratief gehalte als constante.
De lijstgevel heeft een parement uit witte Silezische brikken in kruisverband, met overvloedig gebruik witte natuursteen voor speklagen, balustraden, drielichten, deur- en vensteromlijstingen, de erkerbasis en het dakvenster, blauwe hardsteen voor de plint en leien als dakbedekking. Nadrukkelijk horizontaal geleed en asymmetrisch van opzet, legt de compositie de klemtoon op het brede rechter risaliet, dat doorloopt in een rondboogvormig dakvensters met pilasters, waterlijst, diamantkopsleutel, klauwstukken, een driehoekig fronton waarin het monogram TV van bouwheer Ed. Toen, en een obelisk. De begane grond wordt gemarkeerd door een rondboogdrielicht met colonnetten, dat in de aanbouw wordt herhaald; driezijdige houten erker met bekronend smeedijzeren balkon op de eerste verdieping. Deur met middenkalf op kraagstenen, bovenvenster met gebroken fronton en oeil-de-boeuf in de afgeronde hoektravee. Een klassiek hoofdgestel met een fries van metopen en diamantkoppen en een houten kroonlijst met klossen vormt de gevelbeëindiging. Het houten schrijnwerk van de inkomdeur en vensters is bewaard, evenals het smeedijzeren traliewerk van het deels tot garage verbouwde souterrain.
Volgens de bouwplannen wordt de inkom- en traphal op de begane grond in het hoofvolume geflankeerd door de gebruikelijke enfilade van salon, eetkamer en veranda, en in de eenlaagse aanbouw door de werkkamer. Op de eerste verdieping bevinden zich twee slaapkamers en een badkamer. Het souterrain biedt ruimte aan de keuken met wasplaats en de ontbijtkamer; het dakniveau herbergt twee mansardekamers en een zolder.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 956#1838.