Geheel van twee meergezinswoningen in neoclassicistische stijl, rug aan rug opgetrokken op een perceel tussen Cuperusstraat en Zurenborgstraat, uit 1912. Opdrachtgever was A. Van Mierlo, ontwerper en uitvoerder de aannemer Willem Paschal-Brusselairs. Deze laatste was in Antwerpen actief vanaf begin jaren 1900 tot eind jaren 1930. Het complex omvat in totaal acht bescheiden huurkwartieren.

Beide rijwoningen met een gevelbreedte van vier traveeën, omvatten vier bouwlagen onder een pseudo-mansarde. De bepleisterde en beschilderde lijstgevels op een geprofileerde plint uit blauwe hardsteen, volgen een identiek ontwerp, geleed door de puilijst en de houten kroonlijst op klossen. Opgebouwd uit registers van rechthoekige deur- en vensteropeningen, wordt de pui gemarkeerd door bossage, en de bovenbouw door oplopende, geriemde vensteromlijstingen. De borstweringen zijn versierd met balustraden op de eerste, rankwerkcartouches op de tweede en rozetpanelen op de derde verdieping, die wordt bekroond door boogvelden met schelp, waterlijst, imposten en cartouchesleutel. Van het oorspronkelijk houten schrijnwerk zijn enkel de inkomdeuren bewaard.

De huurkwartieren die uit een salon, eetkamer, slaapkamer, keuken en wc bestaan, worden in beide gebouwen afzonderlijk ontsloten door de inkom- en traphal.