De woning van Guido De Hondt werd vergund in 1973, hetzelfde jaar als de aanpalende architectenwoning van Jos Van Driessche. Jos Van Driessche en ingenieur Guido De Hondt werkten frequent samen. Hoewel de plannen bij de bouwaanvraag ingediend werden door Guido De Hondt, zou Jos Van Driessche verantwoordelijk geweest zijn voor het ontwerp van de woning. Beide panden vertonen qua vormgeving sterke overeenkomsten.
Net als de architectenwoning Van Driessche is de woning De Hondt ingeplant op een ruim perceel, met voor, zij- en achtertuin. Ook dit pand is een complexe aaneenschakeling en stapeling van sterk sculpturaal opgevatte, soms overkragende of van nissen voorziene volumes van maximaal twee bouwlagen, gevat onder een samenstel van lessenaarsdaken (bedekt met vezelcementleien) en platte daken, soms uitgewerkt in de vorm van dakterrassen. De woning heeft met de architectenwoning van Jos Van Driessche eveneens het opvallende parement in Scheldesteen met uitpuilend voegwerk gemeen. In tegenstelling tot de architectenwoning van Jos Van Driessche, die inspeelt op het beboste bouwterrein en waar het ontwerp de woning maximaal bij de tuin betrekt, is de terreinaanleg bij de woning De Hondt strak en zakelijk opgevat, met omvangrijke, vlakke verharde terrassen en rechthoekige graspartijen.
De woning heeft een L-vormige plattegrond, in de lengterichting parallel aan de Kortrijksesteenweg, met de basis van de L ten westen, haaks op de steenweg.
Grote vlakken in blind metselwerk domineren de noordgerichte gevel aan de Kortrijksesteenweg. Op de benedenverdieping wordt de gevel doorbroken door de voordeur en de garagepoort aan de oostkant en langgerekte bandvensters aan de westkant.
Het oostelijke deel van de woning aan de kant van de Kortrijksesteenweg omvatte volgens de plannen naast de garage eveneens een bureel, aan de westkant sloten op de inkom enkele niet benoemde ruimtes aan. Achter deze ruimtes aan de kant van de Frans Halslaan bevond zich volgens de plannen een ‘zwemkom’.
De zuidkant van de woning aan de Frans Halslaan heeft een veel opener karakter. De ingang van het privégedeelte bevond zich volgens de plannen aan de oostkant van de tuingevel. De inkomhal geeft hier toegang tot een zitplaats, keuken en eethoek. Alle ruimtes staan in open verbinding met elkaar.
Op de verdieping van het oostelijke deel van de woning bevonden zich volgens het bouwdossier nog een bijkomende zit- en eethoek. Het westelijke deel van deze verdieping omvatte slaap- en badkamers.
De huidige toestand van het interieur is niet bekend.
- Stadsarchief Gent, Bouwaanvragen Sint-Denijs-Westrem, Frans Halslaan 8.