Modernistisch bedrijfsgebouw naar ontwerp van architect Luc Alaerts voor het bedrijf N.V. Intercom Distributie Noord. Deze afdeling van het energiebedrijf Intercom, intussen opgegaan in de energieleverancier Engie-Electrabel, kreeg al in 1967 en 1972 de goedkeuring voor de bouw van een werkplaats en burelen op een ruim perceel in de schaduw van de watertoren van Gentbrugge, vlakbij het viaduct van de autosnelweg E17 en de spoorverbinding tussen Gent Sint-Pieters en Gent Dampoort. Op het perceel waren toen al enkele gebouwen en installaties aanwezig voor de gasvoorziening. Enkele constructies dienden te worden gesloopt en nieuwe werkplaatsen en burelen kwamen er bij. Het uiteindelijk uitgevoerde ontwerp van Luc Alaerts verschilt naar programma niet zoveel van de eerdere ontwerpen uit 1967 en 1972 van architect Segers. Het complex omvat een ontvangstruimte met loketfunctie, burelen, een magazijn en nutsvoorzieningen waaronder sanitaire voorzieningen voor de werknemers.

Architect Alaerts drukte zijn eigen stempel vooral op het ontwerp van de burelen en de inkomhal. De architectuur sluit aan bij het late modernisme uit de jaren 1960 met elementen uit het brutalisme gekenmerkt door het gebruik van in hoogte verspringende volumes met strak horizontaal karakter en het gebruik van ruwe, contrasterende materialen.

De toegang tot de hoofdingang van het gebouw gebeurt via een geometrisch uitgewerkte trappenpartij met treden in blauwe hardsteen en gangpaden in uitgewassen betontegels tussen muurtjes in donkere Scheldesteen (mangaan) en plantenbakken in ruw zichtbeton.

Bedrijfsgebouw bestaande uit een ontvangst en bureelgedeelte van één bouwlaag en een hoger gebouwd magazijn, met parament in zandkleurige Scheldesteen (licht beige) in halfsteens verband op een dito sokkel van donkere Scheldesteen (mangaan), alles onder plat dak met bitumen afdekking. Het bureelgedeelte bestaat uit een langgerekte gevel met een aaneenschakeling van zilverkleurige aluminium ramen. De dorpels ter hoogte van de ramen zijn vervaardigd in blauwe hardsteen. Heel karakteristiek is de uitwerking van het lagere uitspringend gedeelte van de inkom en de ontvangstruimte met een massieve luifel in gladbeton met aluminium dakrandprofiel. De hemelwaterafvoer gebeurt via een stalen ketting in een dakdoorbreking van de luifel. De plafondhoge vensters worden gescheiden door penanten in gladbeton. De muurdam tussen de ingang en het hoger gebouwde magazijngedeelte is kenmerkend door het gebruik van witte natuurstenen keien in onregelmatig verband.

De planindeling van het bedrijfsgebouw is functioneel. Het ontvangstgedeelte ligt op de hoek van het gebouw, dicht bij de straat. Vanaf een vleugeldeur in de centrale inkom leidt een gang naar de burelen aan de ene zijde en de werk- en  wasplaats en sanitaire ruimtes aan de andere zijde.

De huidige toestand van het interieur is niet gekend.