Meergezinswoning in modernistische stijl gebouwd in opdracht van institut. Louis Laureys, naar een ontwerp van architect Karel E. Mattheussen, uit 1933. Over de in Wommelgem gevestigde architect, die tijdens de jaren 1930 in de Tentoonstellingswijk te Antwerpen en de Vijverlaan te Wilrijk actief was, is vooralsnog weinig gekend. Samen met de woning Kerstens aan de Vijverlaan, behoort de woning Laureys tot één van de vroegste realisaties van Mattheussen. In de Tentoonstellingswijk realiseert hij omstreeks 1935 ook nog het appartementsgebouw Gijselings en de woning Durieux, beiden in de Volhardingstraat.

De voorgevel bestaat uit drie bouwlagen onder een plat dak. De pui is bekleed met natuursteen, bestaande uit een kleine plint in blauwe hardsteen met daarboven een bekleding met Volotte witte gefrijnde steen. Deze laatste werd in tegelverband, de frijnslag haaks op elkaar, geplaatst. Het volume van de bovenste twee bouwlagen wordt gekenmerkt door een rechthoekige gevelbrede erker in bruinrode baksteen, dit in halfsteens verband met Dudokvoeg - dieperliggende lintvoegen in combinatie met platvolle stootvoegen. De erker is onderaan ook afgewerkt met Volotte-platen en de dakrand is afgedekt in hetzelfde materiaal, terwijl voor de bekroning van de zijmuren zwarte verglaasde muurkappen zijn gebruikt. Ter hoogte van de begane grond zijn bewaard gebleven: het driedelig stalen vensterschrijnwerk, de garagepoort, bestaande uit vier beglaasde panelen, en de inkomdeur met lineair gedecoreerde raamroosters. De toegang is voorzien van een hardstenen trede en de vensterdorpels zijn uitgevoerd in witte natuursteen (Volotte).

De oorspronkelijke bouwplannen tonen aan dat de woning volledig onderkelderd is, met een reeks bergruimtes en technische lokalen. De kelder is toegankelijk via een secundaire trap vanuit de garage op het gelijkvloerse niveau. Ter hoogte van de rechter travee van de begane grond situeert zich de primaire inkom- en traphal. Hier rond zijn drie kamers, een badkamer én een keuken met ontbijtruimte georganiseerd. De koer bevindt zich achteraan het perceel, en is voorzien van twee koepels die de kelder van natuurlijk daglicht voorzien. De verdiepingen hebben een gelijkaardig grondplan met vooraan een woonkamer en kamer, beiden uitgevend op de straat middels een loggia. Aan de achterzijde geven een keuken met ontbijtruimte uit op een terras. Achter de trapzaal is een badkamer gesitueerd, waarachter zich nog een kamer bevindt die verbonden is met de keuken en uitzicht heeft op de achtertuin. Het bouwdossier toont aan dat de bouwheer Laureys kort na de toelating enkele wijzigingen aanvroeg betreffende het interieur zoals onder meer het verlagen van een plafond en het plaatsen van een hoekschouw in de achterkamer op het gelijkvloers.