Meesterwoning opgericht in zakelijke modernistische stijl in 1935 in opdracht van Leonard Van Der Spoel naar ontwerp van René Cnoops. Deze modernistische rijwoning vormt een architecturaal geheel met de links aanpalende, half vrijstaande architectenwoning René Cnoops uit 1933. De centrale verwarmingsinstallatie van beide woningen is uitgevoerd door de firma A. Devigne & Cie, gevestigd aan de Amerikalei te Antwerpen. De firma Métaux Galler, gevestigd aan de Italiëlei 22 te Antwerpen, leverde het metalen schrijnwerk. Vanaf 1933 realiseert René Cnoops een aantal woningen in de Tentoonstellingswijk, met als eerste zijn eigen woning. In hetzelfde jaar ontwerpen ook Jan Jacobs, Arie Landwaard, Karel Mattheussen en Gustaaf Van Meel hun eerste woningen in deze wijk. Zo tekent Cnoops in 1934 het ontwerp voor de woning Pauwels aan de Camille Huysmanslaan, en na de woning Van Der Spoel in 1937 ook nog de woning Fischer in de Beschavingstraat 19.
Deze rijwoning is twee bouwlagen hoog onder plat dak. De voorgevel is uitgevoerd in een rode, bezande baksteen, in halfsteens verband met een platvolle voeg. De pui is voorzien van een kleine plint in gefrijnde blauwe hardsteen met daarboven een bekleding in witte hardsteen (Savonnière). Het vlakke baksteenparement wordt doorbroken door een kordonlijst in witte hardsteen bekroond door een houten corniche bestaande uit een houten boeiplank en bebording met geprofileerde paneeldecoraties. De gevel is verlevendigd door bakstenen rollagen. De dakrand was oorspronkelijk afgewerkt met leiplaten en de zijmuren met bewaard gebleven zwarte verlakte muurkappen. De gevelopeningen zijn voorzien van nog oorspronkelijk, rechthoekig twee- en vierdelig schrijnwerk in donkerblauw gelakt staal. Op het gelijkvloers is de inkomdeur en het aanpalende keukenvenster als één geheel uitgewerkt, door middel van een als luifel doorlopende bovendorpel in Savonnière. Beiden zijn voorzien van bovenlichten, waarvan het rechter met gehamerd glas. De toegangsdeur heeft een trede in blauwe hardsteen en de onderdorpels van de vensters zijn in Savonnière uitgevoerd.
De oorspronkelijke bouwplannen tonen aan dat de woning volledig onderkelderd is met plaats voor een reeks bergruimtes, technische lokalen, een wijnkelder en een kleedkamer. Op het gelijkvloerse niveau organiseren de keuken, de eet- en de rookkamer zich rond de traphal die zich ter hoogte van de eerste travee situeert. De rookkamer geeft toegang tot het terras dat in directe verbinding met de achtertuin staat. De vloerafwerking wordt hier doorbroken met metalen roosters die de kelder voorzien van natuurlijk daglicht. Op de eerste verdieping bevinden zich een kantoor en logeerkamer aan de voorzijde en twee slaapvertrekken aan de achterzijde. Tussenin, palend aan de traphal, is een kamer en een badkamer ingericht, allen voorzien van dakkoepels. De woning bezit eenzelfde planindeling als de aanpalende architectenwoning René Cnoops. De oorspronkelijke keukeninrichting met kastenwand, dampkap, vloer –en wandafwerkingen was anno 2013 grotendeels bewaard. In de leefruimte is de haard met schouwboezem voorzien van houten bekleding behouden. Verder is ook de originele badkamer en het binnenschrijnwerk met ingemaakte kasten nog grotendeels aanwezig.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 18#2756.
- LOOSEN C. 2013: Verborgen moderniteit: een herwaardering van interbelluminterieurs in de Tentoonstellingswijk, Antwerpen, onuitgegeven verhandeling, Faculteit Monumenten- en Landschapszorg, Artesis Hogeschool Antwerpen, Bijlage 80-91.
- SERNEELS H. 1936: Un architecte de qualité Paul Smekens, Bâtir 5.44, 770.