Het polderhuis op nummer 57 is omstreeks 1927 opgetrokken voor Jan Baptist Buyzen-Mous, herbergier te Berendrecht. In 1946 is het volgens de kadastrale leggers geheel hersteld, vermoedelijk ten gevolge van oorlogsschade.

Het gekoppelde, ééngemaakte langshuis van vier traveeën en een bouwlaag heeft een platvol gevoegde lijstgevel met gecementeerde plint, waarin een oorspronkelijk ventilatierooster. Het is bekroond door een zadeldak met mechanische pannen. De getoogde deur- en vensteropeningen zijn telkens bekroond door een tegelfries met florale motieven. De vensteropeningen hebben een eenvoudige bakstenen borstwering. Bij de begin-21ste-eeuwse gevelrenovatie is het schrijnwerk vervangen door nieuwe houten exemplaren, en zijn de granito vensterdorpels en de deurdorpels vervangen door blauwe hardstenen stukken in een hedendaagse vormgeving. De openingen in de zijgevels zijn gewijzigd en een nieuwe achterbouw is toegevoegd. De houten, wit geschilderde kroonlijst op sobere klossen en met sierlijst is bewaard.

Nummers 50-54, 57. Kleinschalige typische polderhuisjes, uit het interbellum; nummer 50 van rond 1931, nummer 57 van rond 1927.

Bakstenen breedhuizen met lijstgevels van twee tot vier traveeën en één bouwlaag onder zadeldak (mechanische pannen). Steekbogige muuropeningen, meestal met bekronende tegelpanelen.