De grootste woning van de straat, drie bouwlagen en vier traveeën met poortrisaliet tellend, werd in 1885 getekend door architect Frans De Meyer voor de weduwe Le Grelle-de Wael. De weduwe van graaf Edmond Le Grelle (1805-1876), geboren Bathilde de Wael (1829-1908), was aandeelhouder van de Société Anonyme pour la construction du quartier Est d’Anvers, de vennootschap die in 1881 werd opgericht met als doel de urbanisatie en de woningbouw in Zurenborg en voorganger van de Naamlooze Maatschappij voor het bouwen van Burgershuizen, in 1886 in het leven geroepen. De dame investeerde in de Kreeftstraat alleen al in drie projecten, telkens in samenwerking met bouwmeester Frans De Meyer.

Het herenhuis is een representatief voorbeeld van de projecten die Frans De Meyer in die periode realiseerde. We vinden van hem in het stadsarchief bouwdossiers voor een 25-tal nieuwbouwprojecten terug, met betrekking tot heren- en burgerhuizen gebouwd tussen 1872 en 1887. Waar De Meyer aanvankelijk een conventionele neoclassicistische stijl toepaste, waarvan deze herenwoning een goed voorbeeld is, bediende hij zich vanaf de jaren 1880 ook van de neo-Vlaamserenaissance-stijl.

De herenwoning werd gebouwd met bijhorende stal, bijgebouw en opslagplaats, gebouwen die zich gedeeltelijk ook achter de woning rechts bevinden. De bepleisterde en witgeschilderde lijstgevel heeft een blauwe hardstenen plint, houten kroonlijst op klossen en horizontale ritmering door imitatievoegen op de begane grond, kordonlijsten en doorlopende onderdorpels en een tandfries onder de kroonlijst. Rechts een poortrisaliet, geaccentueerd door een breed balkon met smeedijzeren leuning. Rechthoekige muuropeningen, regelmatig in de traveeën geplaatst en voorzien van geprofileerde omlijstingen. De bovenvensters hebben een buisvormige borstwering. Schrijnwerk is vernieuwd, behalve de dubbele deur met fraai hekwerk in de originele deurvleugels.