erfgoedobject

Silicowijk

bouwkundig element
ID
302155
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/302155

Beschrijving

Traditionele volkswijk van 60 woningen, gerealiseerd in 1959 en 1969 door de sociale huisvestingsmaatschappij Veurnse Bouwmaatschappij naar ontwerp van Frans Leper, en in 1979-1980 ten westen aangevuld met 79 woningen naar ontwerp van Alain Houtsaeger en Marc Vandendries.

Bouwgeschiedenis en situering

In 1958-1959 realiseerde de sociale huisvestingsmaatschappij Naamloze Maatschappij voor Goedkoope Woningen van Veurne (sinds 1976 Veurnse Bouwmaatschappij) op de voormalige terreinen van de steenbakkerij Silico Calcaires 28 woningen naar ontwerp van de Koksijdse architect Frans Leper. Tien jaar later werden hier nog 32 gelijkaardige huizen aan toegevoegd volgens het oorspronkelijke inplantingsplan, en in 1976 en 1988 voorzag men deze huizen van garages.

In 1979-1980 volgde een derde grote bouwcampagne van sociale woningen door dezelfde maatschappij ten westen van de bestaande huizen. Dit omvatte 79 woningen naar plannen van de architecten Alain Houtsaeger (De Panne) en Marc Vandendries (Veurne) uit 1975 en 1977. Het aanlegplan werd in 1975 ontworpen door de W.I.T.A.B. (Westvlaamse Intercommunale voor Technisch Advies en Bijstand voor Ruimtelijke Ordening) met J. Pattyn en Charles Vermeersch. Studiebureel Cnockaert (Wervik) trad op als ontwerper voor de wegen- en uitrustingswerken voor dit deel van de wijk, dat op 15 maart 1980 officieel werd ingehuldigd. Aannemer was de algemene bouwonderneming NV A. Despierre uit Houthulst. Vanaf midden jaren tachtig breidde men de wijk verder uit naar het westen. De meeste woningen uit de periode 1959-1980 werden begin 21ste eeuw eenvormig gerenoveerd met nieuw schrijnwerk. Een enkele woning werd afwijkend gerenoveerd.

Typering en beschrijving

De bouwfasen van 1959 en 1969 sluiten nauw bij elkaar aan en vormen een typische naoorlogse volkswijk bestaande uit twee noord-zuid gerichte, geknikte straten (de Bloemen- en Groenstraat), met twee kleine dwarsstraten en een tussenliggende weg die toegang verleent tot de garages. De fase van 1959 aan de Bloemenstraat bestaat uit tweewoonsten, vierwoonsten en één zeswoonst van twee bouwlagen en twee traveeën in gele (regionale) baksteen met rode bakstenen plint onder een zadeldak van donkerrode pannen. De woningtypes zijn gevarieerd met woningen voor twee, drie, vier, vijf, zes of acht personen. De meeste hoekwoningen zijn uitgebreid met een lager (en vaak iets naar achter ingeplant) volume onder een zadeldak, voor grote gezinnen. Bij één vierwoonst (nummer 5-11) tellen de hoekwoningen slechts één bouwlaag en zijn ze naar achter en iets hoger ingeplant. Dit zijn bejaardenwoningen, net zoals de gelijkvloerse tweewoonst (nummer 37-39). De gevels zijn sober opgevat met rechthoekige muuropeningen en als enige decoratie witstenen tegels boven de voordeur. Deze stellen gestileerde figuratieve taferelen voor die regionaal geïnspireerd zijn (zoals een meeuw of een visser). Het groene karakter van deze straat wordt gevormd door de voortuinen en de laanbomen.

De bouwfase van 1969 aan de Groenstraat is qua groenaanleg en architectuur identiek aan de bouwfase van 1959. Aan de oostzijde bevinden zich drie vierwoonsten en een zeswoonst, aan de westzijde staan tweewoonsten van één of twee bouwlagen, evenals een vierwoonst met gelijkvloerse bejaardenwoningen op de hoeken (nummer 25-31). Een verschil met de bouwfase van 1959 is dat de westelijke woningen schuin staan ingeplant ten opzicht van de straat (met voorgevels naar het noordoosten).

De bouwfase van 1979-1980 sluit qua groenaanleg aan bij de vorige bouwfases met begraasde voortuinen en laanbomen. Doordat de straten geplaveid zijn met grijze arduin vormt deze fase een duidelijk geheel. Bij de inplanting van de woningen hebben de architecten getracht eentonigheid te vermijden en iedere woning maximaal contact te geven met omringend groen. Voortuinstroken worden betrokken bij wandelpaden en openbaar groen, en er zijn parkeerplaatsen voorzien en veilige speelplaatsen. Om doorgaand verkeer te vermijden werden de twee straten (Molenstraat en de Smockelpotstraat) in de verkaveling niet met elkaar verbonden. Het was bedoeling dat de kinderen rustig op straat konden spelen, zonder te worden opgeschrikt door voorbijrijdende voertuigen.

De architectuur bestaat uit een viertal types woningen waarvan één in 1976 reeds op grotere schaal toegepast werd in een andere wijk van deze maatschappij, nabij de Zannekinlaan te Veurne. Acht woningen zijn bedoeld voor bejaarden, de overige zijn gezinswoningen met drie of vier slaapkamers. De woningen zijn per twee, drie, vier, vijf of zes gekoppeld. Het materiaalgebruik (regionale geel-roze baksteen en rode dakpannen) en de algemene volumewerking (één-, twee of drielaags onder zadel- en lessenaarsdaken) sluiten aan bij de traditie maar door het gebruik van schuine (diagonale) gevels, in- en uitsprongen en gevarieerde schakelingen (trapsgewijs en zaagtand) zijn de architecten er in geslaagd om dit geheel een eigentijdse uitstraling te geven. Ook de opvallende integratie van de garage in de woning (type bel-etage of vooruitgeschoven garage) plaatst deze woningen duidelijk in het laatste kwart van de 20ste eeuw. Tuinmuren en bergingen zijn opgevat in een aansluitende vormgeving.

De woningen uit het midden jaren tachtig zijn standaard bel-etagewoningen en fermettes.

Evaluatie

De Silicowijk van Koksijde heeft een architecturale en stedenbouwkundige waarde als representatief maar kwalitatief voorbeeld van zowel de traditionele naoorlogse volkswijk (bouwfase 1959/1969) als de verkaveling uit de late jaren zeventig (bouwfase 1979-1980). Bepalende erfgoedelementen zijn de inplanting van de gebouwen, hun schaal, silhouet en materiaalgebruik (baksteen en dakpannen), evenals de groenaanleg.

  • Archief Bouwmaatschappij IJzer en Zee, dossier Silicowijk.
  • Stadhuis Koksijde, archief, 1957-319E, doos 874.1, technische dienst 383, Silico, Bloemen- en Groenstraat, verslag.
  • Stadhuis Koksijde, archief, 1976-2489, doos 874.1, technische dienst 265, Silico I, Molen- en Smockelpotstraat, verslag.
  • Stadhuis Koksijde, archief, 1977-2837, technische dienst 247, Silico II, Smockelpot- en Wandelhofstraat, verslag.
  • Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen, Dienst Onroerende Transacties, registratiefiches, SHM 3390, Koksijde, Pijlijzerlaan en tussen Houtsaegher- en Pijlijzerstraat.
  • Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen, Bouw- en renovatieplannen, 172.
  • BIJNENS B. & BERNARD L. 1985: Koksijde: Historische gegevens en wetenswaardigheden. Een toeristische gemeente, Koksijde, 176
  • CAEN P.-P. 2015: Koksijde Silicowijk, onuitgegeven oefening UGent, Vakgroep Kunstwetenschappen.
  • NIEUWBORG D. 2006: Landschap in transformatie : Vlaanderen 1904-2004. Studie van de fotoreeksen Massart-Charlier-Kempenaers. Casestudy Koksijde, fotoreeks 4, Onuitgegeven dissertatie GAS Ruimtelijke Planning UGent, 102-103.
  • S.N. 1997: Monografieën erkende bouwmaatschappijen, in: S.N., Bouwstenen van sociaal woonbeleid '45-'95. De VHM bekijkt 50 jaar volkshuisvesting in Vlaanderen. Deel 2, Brussel, 128.
  • S.N. s.d. (2000): Tachtig jaar sociale woningbouw in de Westhoek. 1920-2000. Veurnse Bouwmaatschappij, s.l. (Veurne), 12.

Auteurs: Vandeweghe, Evert
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Silicowijk [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/302155 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.