Burgerhuis in neoclassicistische stijl, gebouwd naar een ontwerp door de architect Léonard Blomme uit 1873. Opdrachtgever was Albertus Frans De Schutter, als 'bureeloverste' verbonden aan het Bureel van Weldadigheid van Antwerpen. Een jaar later bracht hij hogerop in de straat de gelijkaardige woning Dirckxens-Wellens tot stand.
De woningen De Schutter en Dirckxens-Wellens behoren tot de zeldzame vroege privé-opdrachten van Léonard Blomme, die van 1869 tot 1899 het ambt van provinciaal architect voor het arrondissement Mechelen. Tussen 1876 en 1906 bouwde Léonard Blomme naast zijn provinciaal ambt een succesvolle privé-praktijk uit met zijn jongere broer Henri. Tot hun belangrijkste gezamenlijke realisaties behoren het Jongensweeshuis uit 1876-1881 in de Durletstraat, het Gemeentehuis van Borgerhout uit 1886-1889, en tijdens de jaren 1890 een reeks vastgoedprojecten voor de Naamlooze Maatschappij voor het Bouwen van Burgershuizen in de wijk Zurenborg.
Met een gevelbreedte van drie traveeën, omvat de rijwoning drie bouwlagen onder een zadeldak. De bepleisterde en beschilderde lijstgevel met schijnvoegen op de begane grond, rust op een geprofileerde plint uit blauwe hardsteen. Horizontaal geleed door de puilijst, beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema. Registers van rechthoekige deur- en vensteropeningen, op de bovenverdiepingen in geriemde omlijsting. Smeedijzeren borstweringen accentueren de eerste verdieping, onderdorpels met metopen de tweede verdieping. Een klassiek hoofdgestel met architraaf, fries, houten kroon- en tandlijst op hoekconsoles vormt de gevelbeëindiging. Het houten schrijnwerk van de inkomdeur en vensters is bewaard, evenals de gietijzeren voetschraper. Zinken verzekeringsplaatje van de Brusselse verzekeringsmaatschappij A.G. (Assurances Générales).
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 1873#193.