Driegevelvilla gebouwd in 1931 voor A. Dekkers, die al in de straat woonde op nummer 39. Dekkers koos een architect uit Roosendaal voor het ontwerp van zijn woning: Jac. Hurks, van wie er in Vlaanderen verder geen realisaties gekend zijn.

Opgeleid in 's-Hertogenbosch en Amsterdam, vestigde Hurks (Vught, 21 oktober 1890 - Roosendaal, 18 juli 1977) zich in 1915 als bouwkundige in Roosendaal. Hij combineerde zijn praktijk met lesgeven. Zijn oeuvre bestaat hoofdzakelijk uit burgerhuizen in en om Roosendaal, vanaf 1932 aangevuld met kerken en kloosters. Ongeveer tot 1930 overheerste de expressionistische baksteenarchitectuur van de Amsterdamse School in zijn ontwerpen. Daarna werd hij beïnvloed door het traditionalisme van de Delftse School. Het einde van zijn carrière is getypeerd door religieuze architectuur in de stijl van de Bossche School.

De woning voor Dekkers in Deurne is een representatief voorbeeld uit de eerste fase in Hurks’ oeuvre. De burgerwoning past uitstekend in de rij van zijn Nederlandse realisaties uit die periode met uitgesproken kenmerken van de Amsterdamse School, zoals de tweekleurige rode baksteenbouw, verschillende metselverbanden die gecombineerd worden, een variatie aan erkers en uitsprongen met kleine, houten roedeverdeling en de rode pannen bedaking met ver overkragende kroonlijsten en hoge schoorstenen.

De pittoreske baksteenarchitectuur van de woning past uitstekend in het straatbeeld, dat in de zuidelijke helft van de Venneborglaan gedomineerd wordt door burgerhuizen in art deco of cottagestijl, getypeerd door bakstenen gevels, erkers, topgevels en voortuinen. De voortuin van deze woning is afgesloten door een sober laag bakstenen muurtje.

De woning telt twee bouwlagen onder een hoog rood pannen schilddak. De voorgevel is samengesteld uit twee traveeën; de toegang bevindt zich centraal in de zijgevel van drie traveeën, die even expressief is vormgegeven als de straatgevel. De lage garage die achteraan bij de woning aansluit, is mee opgenomen in het ontwerp.

De voorgevel combineert een lijstgevel op de hoek, met omlopende ver uitstekende kroonlijst, met een naar voor springende travee links die door een zoldervenster in puntgevel is afgesloten. De gevel vindt aansluiting met de hoger oplopende woning links, door een hoog boven het dak uitstekende bakstenen schoorsteen in donkere baksteenbouw. Door twee groepjes van drie korte horizontale ornamenten lijkt de schoorsteen "vastgeniet" aan enerzijds de gevel van de woning links en anderzijds het helrode parement van de lagere topgevel. In beide traveeën wordt de begane grond verlicht door een brede driezijdige erker in verfijnd houtwerk, waarbij het bovenlicht horizontaal onderverdeeld is en gevuld met veelkleurige geometrische glas-in-loodpanelen. Op de verdiepingen links een breed houten rechthoekig venster, ingeschreven in het omlopende helrode parement. In de terugwijkende hoektravee zit boven nog een klein tweezijdig erkertje.

De zijgevel bevat centraal de opvallende voordeur, in een ellipsvormig portaal in expressief baksteenmetselwerk. Boven het portaal een uitstekende rechthoekige erker met grote vensterpartij op de hoek, een element dat we bij verschillende woningen van Hurks terugvinden. De ramen zijn ook hier gevuld met verfijnd glas in lood in art deco. Links van het portaal, een veelzijdige erker, als voortzetting van de erker in de hoektravee van de voorgevel. Rechts van het portaal een rechthoekig keukenvenster op de begane grond en op de verdieping een blind geveldeel.

In tegenstelling tot de meeste andere huizen uit het interbellum in de Venneborglaan is deze woning niet volledig onderkelderd. In de achterbouw bevindt zich onder de bergplaats een trap die naar een kleine kelder leidt. De plattegrond is opgebouwd om de ruime centrale inkomhal met trap heen. Aan elke zijde is deze hal omringd door kamers. Op de begane grond bevindt zich voor de hal, aan straatzijde een "zitje" of zithoek, verlicht door de erker op de hoek van de voor- en zijgevel. De hoekkamer sluit aan bij de ruime salon, via een dubbele deur in enfilade met de eetkamer, waarachter zich een terras bevindt. Vanuit de hal kun je ook de keuken betreden, die aan de achterkant van de woning is gepositioneerd en uitgeeft op een bergplaats met onderliggende kelder.

Op de verdieping eenzelfde indeling rond de als vijfhoek uitgebouwde hal met ruime overloop. Aan straatzijde een grote slaapkamer met "kaphoek" en balkon. Gespiegeld rond de traphal, aan tuinzijde ook twee kamers, een grote en een kleinere slaapkamer. Tussen voor- en achterkamers zit de badkamer. Vanuit de grote traphal loopt een smallere diensttrap verder naar de zolder.