Dit burgerhuis in sobere art-decostijl werd in 1930 samen met een achterliggend magazijn uitkomende in de Boshovestraat ontworpen door architect Joan Coninck Westenberg in opdracht van F. Germain uit Berchem, Elisabethlaan 93.

De woning is een goed voorbeeld van het werk van Joan Coninck Westenberg tijdens de jaren 1930. Vóór de Eerste Wereldoorlog was hij een aantal jaren succesvol geassocieerd met zijn schoonbroer, architect Florent Vaes, een bureau dat we kennen met ontwerpen in eclectische stijl, cottagestijl of art nouveau. Tijdens het interbellum bouwde hij een zelfstandige loopbaan uit in dienst van de betere kringen. Waar zijn villa's uit de jaren 1920 nog aanknopen bij de klassieke beaux-arts- en pittoreske cottagestijl waarmee het bureau Vaes en Westenberg vóór de Eerste Wereldoorlog naam maakte, evolueerde zijn latere architectuur tijdens de jaren 1930 in een meer eigentijdse richting. Deze woning in de Venneborglaan is illustratief voor de invloed die destijds uitging van de eigentijdse Nederlandse architectuur. Dit komt tot uiting in het sobere baksteengebruik en de plastische volumetrie met een strakke horizontale lijnvoering bepaald door de overstekende kroonlijsten.

De woning telt twee traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak. De lijstgevel kreeg een bruin bakstenen parement op lage hardstenen plint met betralied keldervenster, en is afgeboord met een zware, ver uitstekende kroonlijst. Het element van de zware kroonlijst wordt herhaald in de kroonlijst van het brede dubbele dakvenster en van de erker op de verdieping. Rechthoekige muuropeningen tussen natuurstenen lateien met hoekneggen, een detail dat zowel bij de deur als bij de vensters terugkomt. De zware, rechthoekige bakstenen erker op de verdieping van de brede venstertravee trekt de aandacht naar zich toe. Schrijnwerk van deur en vensters is bewaard. Voordeur in art-decostijl, met rechthoekig venstertje dat door horizontale latten wordt verdeeld. De vensters hebben houten kozijnen met horizontale roedeverdeling. In de achtergevel kregen de dubbele deur en de vensters dezelfde vormgeving.

Klassieke indeling van de woning met voor- en achterkamer aan beide zijden van het evenwijdig met de straat geplaatste trappenhuis. Op de begane grond aan straatzijde de inkomhal en een eetkamer, achter de traphal een bureau en de keuken, met aangrenzend een toilet. Op de eerste verdieping, op de plattegrond uitgewerkt als bel etage, vooraan het salon en een kleine fumoir en achter de traphal een slaapkamer met kabinet. De badkamer bevindt zich in de kleine achterbouw, boven de keuken. Niet verder opgedeelde "scheerzolder" of vliering. Op het aansluitende perceel uitkomend in de Boshovestraat een laag magazijn met dakkoepels, met zeer eenvoudige lage gevel.