is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Samenstel van winkelhuis en kantoorgebouw
Deze vaststelling is geldig sinds
Samenstel van een winkelhuis in neoclassicistische stijl, en een kantoorgebouw in art-decostijl. Het winkelhuis (rechter pand) werd gebouwd in opdracht van de kleermaker Joseph Albert Goemans, naar een ontwerp door de architect Edmond Leclef uit 1882. Aannemer Pierre François Dupuis uit de Quellinstraat voerde de werken uit. Het pand huisvestte minstens vanaf 1920, mogelijk al vóór de Eerste Wereldoorlog, de hoofdzetel van de Banque Hypothécaire et Immobilière d’Anvers. Op het binnenplein had architect Max Winders in 1908 een lokettenzaal opgetrokken voor de Banque Opdebeeck & Cie, de privébank van de bankier Joseph Opdebeeck. Na de bouw van haar nieuwe hoofdzetel aan de Leien, liet de Banque Hypothécaire et Immobilière d’Anvers de drie aanpalende panden slopen voor de bouw van een kantoorgebouw (linker pand) naar een ontwerp door de architect Max Winders uit 1926. In dit vastgoedproject werd ook de oude hoofdzetel van de bank geïntegreerd, met behoud van de lokettenzaal uit 1908. De aannemer G. Hargot en R. Somers uit de Lamorinièrestraat voerde de werken in 1927 uit. Het geheel werd in 2005 gerenoveerd tot appartementencomplex met handels- en kantoorruimte.
De Banque Hypothécaire et Immobilière d’Anvers of Antwerpen's Bouw- en Hypotheekbank werd vermoedelijk kort vóór de Eerste Wereldoorlog opgericht, en in 1935 omgevormd tot de Société Anversoise de Dépôts et d’Hypothèques of Antwerpsche Maatschappij van Deposito’s en Hypotheken. Deze financiële instelling, die zich toelegde op spaarboekjes, obligaties en hypotheken, sinds 1965 DIPO Spaarkas genaamd, maakte na overname in 1999 deel uit van de Bank Brussel Lambert (huidige ING Groep). De bank, waarvan de hoofdzetel sinds de oprichting in de Twaalfmaandenstraat gevestigd was, diende in 1920 een bouwaanvraag in voor een nieuw bankgebouw met lokettenzaal en een gevelfront in neotraditionele stijl naar ontwerp van Max Winders, ter vervanging van twee aanpalende panden (linker pand, vroegere nummers 7-9). Het betrof de wederopbouw van een vermoedelijk later opgesplitst, traditioneel breedhuis met trapgevel uit de 17de eeuw, dat gedeeltelijk was verwoest tijdens het Zeppelinbombardement van 25 augustus 1914, en waarvan het barokke, hardstenen poortje in de nieuwe gevel werd gerecupereerd. Dit project vond geen doorgang, waarna Winders in 1922 een uitbreiding realiseerde van de bestaande lokettenzaal van de bank, die hijzelf had ontworpen in 1908 (rechter pand, vroeger nummer 13). Vervolgens verwierf de bank het hotel Gossen op de hoek van Maria-Theresialei en Frankrijklei, dat naar een ontwerp van Winders uit 1924 werd uitgebreid met een monumentaal bank- en appartementsgebouw in beaux-artsstijl. Na de voltooiing van deze nieuwe hoofdzetel, ontwikkelde de bank een vastgoedproject voor de oude hoofdzetel en aanpalende percelen in de Twaalfmaandenstraat, waarvoor Winders in 1926 het ontwerp leverde. Het betrof een nieuwbouwproject op de percelen van drie gesloopte panden (linker pand, vroegere nummers 7-11), waarvan het programma drie winkels omvatte en vijf verdiepingen kantoorsuites bestemd voor verhuur. Het bestaande gebouw (rechter pand, vroeger nummer 13) werd in het vastgoedproject geïntegreerd, met behoud van de lokettenzaal, aanpassing van het gevelfront, inrichting van twee winkels op de begane grond en eveneens kantoorsuites op de bovenverdiepingen.
Het winkelhuis Goemans uit 1882 (rechter pand) is representatief voor het vroege zelfstandige oeuvre van Edmond Leclef, die de succesvolle praktijk van zijn in 1878 overleden vader Héliodore Leclef voortzette. Met statige herenhuizen voor de hogere burgerij, drukten vader en zoon Leclef tijdens de jaren 1870 hun stempel op de Leien. Vermoedelijk actief tot zijn overlijden in 1902, evolueerde de architectuur van Edmond Leclef van een door de Lodewijk XVI-stijl geïmpregneerd neoclassicisme, in de jaren 1880 naar een kleurrijk eclecticisme met invloeden van de neo-Vlaamserenaissance-stijl.
Met een gevelbreedte van vier traveeën omvat de rijwoning vier bouwlagen, oorspronkelijk onder een schilddak. De bepleisterde en beschilderde lijstgevel rustte oorspronkelijk op een geblokte pui uit blauwe hardsteen. Nadrukkelijk horizontaal geleed door entablementen en balustraden, de bovenverdiepingen geritmeerd door pilasters met een superpositie van de klassieke orden, legde de compositie oorspronkelijk de klemtoon op het twee traveeën brede middenrisaliet. Dit laatste was over de bovenste twee verdiepingen uitgewerkt als loggia, gemarkeerd door kolossale pilasters, en bekroond door een attiek en gebroken fronton met vaas. Een klassiek hoofdgestel met houten kroonlijst op klossen en tandlijst vormt de gevelbeëindiging. De gevelaanpassingen naar ontwerp van Max Winders uit 1926 betroffen de verwijdering van het middenrisaliet, en de nieuwe, met marmer beklede winkelpui met inkomportaal voor de bank.
Het kantoorgebouw van de Banque Hypothécaire et Immobilière d'Anvers behoort tot het rijpere werk van Max Winders, die tot 1907 voor zijn vader architect Jean-Jacques Winders had gewerkt en actief bleef tot 1960. Aan zijn schoonvader, de bankier Jean Baptiste Ferdinand Carlier, mede-eigenaar van de Banque d’Anvers en directeur bij de Nationale Bank, dankte de architect zijn introductie in het milieu van de haute finance. Zo ontwierp Winders vóór en na de Eerste Wereldoorlog talrijke bankgebouwen in Antwerpen, naast de filialen van de Nationale Bank in Sint-Niklaas en Leuven, het gereconstrueerde laatgotische “Tafelrond”. Op dit historische monument na bleef hij doorgaans trouw aan een monumentale beaux-artsstijl naar Frans model, in overeenstemming met het aura van traditie en solvabiliteit eigen aan de banksector. Tot de belangrijkste realisaties uit zijn vroege periode vóór de Eerste Wereldoorlog behoren de diamantbeurs "Fortunia" op de hoek van de Pelikaanstraat en de Vestingstraat, de Banque de l'Union Anversoise op de Graanmarkt en de Banque Centrale Anversoise in de Lange Gasthuisstraat. Opmerkelijke realisaties uit het interbellum, geïnspireerd op eigentijdse Parijse architectuurmodellen, zijn de Banque Hypothécaire et Immobilière d'Anvers aan de Maria Theresialei, en de Caisse Hypothécaire Anversoise uit 1929 op de Meir.
Met een gevelbreedte van zes traveeën, omvat het gebouw vier bouwlagen onder een pseudo-mansarde (leien). De lijstgevel onderscheidt zich door een parement uit witte natuursteen, op een met marmer beklede pui. Beheerst door regelmaat, beantwoordt de lijstgevel aan een klassieke driedeling, opgebouwd uit de opengewerkte pui, de hoofdverdiepingen in kolossale orde, en de attiekvormende topgeleding, die wordt bekroond door de pseudo-mansarde. De pui is opgedeeld in drie rechthoekige winkelpuien met afgeronde bovenhoeken, en een rondboogportaal. De twee hoofdverdiepingen worden vanaf de puilijst geritmeerd door kolossale, rechthoekige spaarnissen met afgeronde bovenhoeken en kwarthol profiel. Voluutsleutels accentueren de vensters van de eerste verdieping, een gegolfde lekdrempel met een paneel als onderdorpel die van de tweede verdieping. De attiekvormende topgeleding met verdiepte rechthoekige vensters, wordt gemarkeerd door de kroonlijst met tandlijst waarop een gevelbrede smeedijzeren borstwering. Sober van opzet, berust het art-deco-karakter vooral op het fraaie siersmeedwerk van de inkomdeur, de winkelpuien met zijportaal waarvan er slechts één is bewaard, en de borstwering van de topgeleding. Ook het stalen vensterschrijnwerk met typische roeden bleef behouden.
Volgens de bouwplannen bood de begane grond van het L-vormige nieuwbouwcomplex oorspronkelijk ruimte aan drie winkels van verschillende oppervlakte, de gemeenschappelijke vestibule en traphal met lift en conciërgeloge, en een kantoorsuite die uit een publiekshal en zes lokalen met sanitair bestond. De bovenverdiepingen beantwoorden aan hetzelfde schema, met in plaats van de winkels een tweede kantoorsuite van vier lokalen met sanitair. Het nieuwbouwcomplex stond op alle verdiepingen in verbinding met het bestaande bankgebouw, ontsloten door een eigen traphal. Met behoud van de lokettenzaal werden op de begane grond twee winkels ingericht, en op de bovenverdiepingen kantoorsuites van vier lokalen in de voorbouw en drie in de achterbouw.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Twaalfmaandenstraat
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Samenstel van winkelhuis en kantoorgebouw [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/302335 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Stad Antwerpen
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.