erfgoedobject

Gereconstrueerde gevel van hotel de Fraula

bouwkundig element
ID
302441
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/302441

Juridische gevolgen

Beschrijving

Historiek en context

Gereconstrueerd gevelfront van het voormalige hotel de Fraula, hier opnieuw opgericht in 1986, tegen de nieuwbouwvleugel van de toenmalige Generale Bank. Het voorname herenhuis in régencestijl bevond zich oorspronkelijk in de Keizerstraat, meer bepaald in het bouwblok tussen de Gratiekapelstraat en de Koningstraat. Opdrachtgever was burggraaf Thomas Augustin Joseph de Fraula (Brussel, 1689-1764), raadsheer bij het Rekenhof te Brussel, en van bij de oprichting een van de belangrijkste aandeelhouders van de Oostendse Compagnie. Door zijn huwelijk met Anna Maria Louisa van Colen (1712-1752) op 11 mei 1737, verwierf hij een bebouwd perceel in de Keizerstraat, waarop het nieuwe hotel zou worden opgetrokken. Daartoe werd Jan Pieter van Baurscheit de Jonge geëngageerd, die tussen 30 augustus en eind december 1737 het ontwerp van het hotel uittekende, waarvan de bouw in 1738 van start ging, en dat in 1739 werd voltooid. Het hotel de Fraule, dat vanaf 1840 het jezuïetencollege huisvestte, werd in 1963 gesloopt voor de hoogbouw van het studentenhome en -restaurant van de Universitaire Faculteiten Sint-Ignatius. Georges de Belder kocht het afbraakmateriaal van de voorgevel op, na een gedetailleerde opmeting en nummering van de stenen, om ze vervolgens op te slaan op zijn domein Hemelrijk in Kalmthout. Bij de bouw van de nieuwe kantoren van de Generale Bank in 1983-1986, een complex tussen Meir, Wapper en Jodenstraat, werd het gevelfront zorgvuldig gereconstrueerd onder leiding van de architect Luc Fornoville. Het leunt onder de vorm van een geprononceerd risaliet aan de pare zijde van de Wapper tegen het nieuwbouwcomplex aan.

Het hotel de Fraula behoort tot het rijpe oeuvre van Jan Pieter van Baurscheit, en geldt als de eerste patriciërswoning in zijn geboortestad Antwerpen, die kan wedijveren met de voorname herenhuizen in Middelburg en Vlissingen uit de jaren voordien. De gevelindeling is nagenoeg identiek aan het 1733 gedateerde Huis Van den Brande te Middelburg, en vertoont een sterke verwantschap met het Huis Huguetan uit 1736 in Den Haag. Als belangrijk onderscheidt, werd het gebeeldhouwde kuifstuk dat beide hotels kenmerkt, hier vervangen door een breed driehoekig fronton. Dit streven naar versobering manifesteert zich ook in het weglaten van de balustrade, die in enkele Zeeuwse patriciërswoningen boven de kroonlijst is aangebracht, en het ontbreken van ornamentiek in de zijtraveeën. Kort na het hotel de Fraula ontstond het verwante Stadhuis van Lier. De overige patriciërswoningen in Antwerpen, waaronder het Koninklijk Paleis en het Osterriethhuis aan de Meir, behoren tot het latere werk van Van Baurscheit.

Architectuur

Met een gevelbreedte van vijf traveeën, omvat de lijstgevel drie bouwlagen onder een schilddak (leien). In het parement is overvloedig gebruik gemaakt van blauwe hardsteen voor de frontispice, pilasters, plint, architraaf, kroonlijst en fronton, in combinatie met witte natuursteen (Bentheimer) voor bewerkte onderdelen als kapitelen, sluitstenen, consoles en het boogveld, en bepleisterd metselwerk voor het opgaande muurwerk, de fries en het timpaan. Axiaal-symmetrisch van opzet, verticaal geleed door geblokte pilasters in kolossale orde, wordt de opstand gemarkeerd door een drie traveeën breed middenrisaliet onder een geprofileerd driehoekig fronton. De klemtoon ligt op de middenas, die als monumentaal frontispice is uitgewerkt. Gevat in een kwarthol geprofileerde omlijsting, met een bewerkte sluitsteen, vlecht- en rankwerk in de zwikken, wordt de spiegelboogpoort geflankeerd door rondzuilen met composiet kapiteel. Deze dragen het balkon van de bel-etage, met bewerkte postamenten, teerlingconsoles en een ingesnoerde, smeedijzeren borstwering. Hierbij sluit een kolossale rondboognis aan, in een brede, kwarthol geprofileerde omlijsting met imposten, rozetten op de archivolt en een rijk bewerkte rolwerksleutel, het geheel gevat in een spiegelbogig spaarveld met palmetten. Hierbinnen bevindt zich een spiegelboogvenster in eenzelfde omlijsting als de poort, met mascaronsleutel (vrouwenhoofd), bekroond door een entablement op consoles waarop een weelderig kuifstuk ter hoogte het boogveld. Verder beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit registers van getoogde vensters op begane grond en eerste verdieping, en rechthoekige vensters op de lage tweede verdieping, gevat in een geriemde omlijsting. Lekdrempels op voluutconsoles accentueren de benedenvensters, spiegels de borstweringen van de bovenvensters. Een klassiek hoofdgestel met gelede architraaf, fries met spiegels en een kroonlijst op gekoppelde consoles, vormt de gevelbeëindiging. Blind timpaan met spiegels; vergulde bolornamenten op de nok. Glazen inkomdeur en houten vensterschrijnwerk met kleine roeden.

  • BAUDOUIN F. 1995: Jan Peter van Baurscheit de jonge, architect, 1699-1768, Lira Elegans 4, 147-154.

Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Gereconstrueerde gevel van hotel de Fraula [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/302441 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Stad Antwerpen

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.