is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Ensemble van eclectische villa's
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als beschermd stads- of dorpsgezicht, intrinsiek Ensemble van eclectische villa's
Deze bescherming is geldig sinds
Dertien landhuizen en villa's en één dorpswoning, alle met tuin, die op het neoclassicistische landhuis Les Pyramides (circa 1837) na, gebouwd werden in de periode circa 1875–1925. Met uitzondering van het neo-Vlaamserenaissance Laathof van Groenendaal werd hoofdzakelijk een zeer verzorgd eclecticisme gehanteerd waarbij afwisselend classicistische-, traditionele- en/of cottage-invloeden de boventoon voeren. Van geen enkele is de architect ons bekend.
Eén van de eigenaardigheden in Kortenberg en Erps-Kwerps en in mindere mate in Everberg en zeldzaam in Meerbeek, is ongetwijfeld de nadrukkelijke aanwezigheid van talrijke villa's of landhuizen die rond de eeuwwisseling werden gebouwd als woning of buitenverblijf door een welgestelde burgerij die de stad ontvluchtte voor een gezonde, landelijke omgeving. Plaatselijke notabelen imiteerden het prestigieuze voorbeeld.
De aanleg van de spoorweg en de bouw van het station in de jaren 1860 op de grens van beide gemeenten, alsook de nabijheid van de belangrijke verkeersas Brussel-Leuven waren ongetwijfeld beslissende factoren voor de ontwikkeling tot een bij de stedelingen geliefd 'lieu de villégiature'.
In de omgeving van het station werden de akkergronden in een snel tempo verkaveld en talrijke nieuwe villa’s opgetrokken op ruim bemeten percelen.
Bijzonder illustratief hiervoor en zeer goed bewaard, is de Engerstraat te Erps-Kwerps die een verbinding vormt tussen het dorpscentrum van Erps en het station. De Engerstraat schetst op een zeer representatieve wijze de ontwikkelingen die de gemeente vanaf de 19de eeuw doormaakte om van plattelandsgemeente te evolueren tot een belangrijke villagemeente.
Enerzijds werden eeuwenoude pachthoven door hun adellijke eigenaars omgevormd tot prestigieuze lusthoven en luxueuze buitenverblijven, anderzijds werden akkergronden verkaveld tot ruime percelen waarop de hogere burgerij en in navolging de lokale notabelen, van alle comfort voorziene tweede verblijven optrokken in de vorm van eclectische 'kasteeltjes', villa’s en burgerhuizen. Deze ontwikkeling manifesteert zich in grosso modo twee enclaves, respectievelijk ten zuiden van de Engerstraat ter hoogte van de Everbergstraat en ten noorden van de Engerstraat tussen de zijstraat Heuve en het station.
In concreto gaat het om dertien landhuizen en villa's en één dorpswoning, alle met tuin, die op het neoclassicistische landhuis Les Pyramides na, gebouwd werden in de periode circa 1875–1925. Met uitzondering van het neo-Vlaamserenaissance Laathof van Groenendaal werd hoofdzakelijk een zeer verzorgd eclecticisme gehanteerd waarbij afwisselend classicistische, traditionele en/of cottage-invloeden de boventoon voeren. Van geen enkele is de architect ons bekend. Hoewel de schaal, vormgeving en uitwerking sterk variëren, ademen ze allen de luxueuze en verfijnde levenssfeer van de belle époque uit. Kelderkeukens - te bereiken via een 'entrée de service' -, alsook koetshuizen, conciërge- en/of hovenierswoningen maakten hiervan standaard deel uit.
Naar analogie met de uitgestrekte landhuis- en kasteelparken in 'style Anglais' beantwoordden de kleinere landschappelijke villatuinen aan het klassieke schaalmodel dat hoofdzakelijk een 'ideaal' landschap beoogde met wisselde zichten en verrassende doorkijkjes. De vlakten werden bij voorkeur glooiende gemaakt, bijvoorbeeld met grond uit de kunstmatig aangelegde vijvers. Graspartijen wisselen af met struik- en heestermassieven, solitaire bomen en goed gepositioneerde bomengroepen waarbij vorm en kleur een belangrijke rol spelen. De voorkeur voor gebogen lijnen is terug te vinden in de slingerpaden en in de gras- en (langgerekte) waterpartijen die vaak niervormig zijn.
In deze context ontbreken uiteraard ook priëlen boven op heuveltjes, tuinpaviljoenen, gietijzeren of betonnen brugjes en tuinornamenten niet. Het zijn deze elementen die in de tuinen en parken aan de Engerstraat nog grotendeels terug te vinden zijn. Ondanks dat een aantal tuinen in de loop der tijden werden ingeperkt (zijde Kwerpsebaan, Heuve en Frans Mombaertsstraat) hebben ze bijna allemaal hun informele aanleg - hetzij geheel, hetzij gedeeltelijk – bewaard waardoor ze bijzonder representatief zijn voor de belle-époquevillatuin geïnspireerd op, en als verkleinde versie van, de laat-landschappelijke kasteelparken. Hoewel sommige tuinen hun oorspronkelijke karakter beter bewaard hebben dan andere, biedt de open ruimte rondom de bebouwing toekomstperspectieven voor het behoud en herstel van de typische laat-landschappelijke park- en tuinaanleg.
Het licht kronkelend tracé van de historische Engerstraat met zijn verschillende halfafgesloten straatperspectieven speelt een cruciale rol in de perceptie van de waardevolle straatwanden opgebouwd uit karaktervolle tijdstyperende villa’s en landhuizen omgeven door sterk beboomde tuin en afgesloten door fraaie tuinmuren, hekkens en hagen. Het opgaande groen in al zijn variëteiten en kleurschakeringen vormt niet enkel het aangename, landschappelijke karakter van de straat maar evoceert tevens de rijke levenssfeer die de straat vanaf het laatste kwart van de 19de eeuw kenmerkte.
Het eerste landhuis in de Engerstraat dateert van vóór de opkomst van de villacultuur te Kortenberg en Erps-Kwerps in de tweede helft van de 19de eeuw. Het circa 1837 opgetrokken, neoclassicistische landhuis Les Pyramides (nummer 99) is opgevat als een sober, bepleisterd en wit geschilderd volume op vierkante plattegrond, van twee bouwlagen en een souterrain onder schilddak, centraal ingeplant in het perceel. Vanaf 1847 in de noordoostelijke hoek uitgebreid met hoevegebouwen, heden gekend als hoeve Flament (nummers 93 en 97). Het landhuis is momenteel omgevormd tot kantoorruimte en werd aan de westelijke zijgevel uitgebreid met een sterk beglaasde travee. De omringende, beboomde tuin wordt aan de Engerstraat afgesloten door een sierlijke smeedijzeren grille en aan de Everbergstraat door een bakstenen tuinmuur.
Ten oosten van Les Pyramides, palend aan hoeve Flament, ligt het voormalige laat- en pachthof van het klooster van Groenendaal (nummer 87) dat na een brand in 1872 door de Brusselse renteniersfamilie De Ridder werd omgevormd tot zomerverblijf met hovernierswoning. Het monumentale, aan de straat gesitueerde volume in neo-Vlaamserenaissance-stijl dateert van omstreeks 1894, maar werd circa 1927 uitgebreid en verbouwd tot zijn huidig voorkomen getypeerd door decoratief uitgewerkte zijtrapgevels, speklagen, steigergaten, klooster- en kruisvensters, getrapte dakvensters, enz. Vooral aan de tuinzijde kreeg het verblijf kasteelachtige allures met onder meer een octogonale hoektoren met kantelen en een drie traveeën brede loggia. Ook de tuin - die na de brand en afbraak van het pachthof vergroot werd tot aan de Everbergstraat en Kwerpsebaan - kreeg circa 1927 haar definitieve vorm en aanleg. Toen werd ook de hovenierswoning uitgebreid en aan de straatzijde voorzien van sierlijke houten windborden alsook de aansluitende bakstenen tuinmuur op hardstenen sokkel en smeedijzeren hek tussen hardstenen pijlers opgericht (conform oude postkaarten).
Ten westen van de Les Pyramides aan de overzijde van de Everbergstraat, lag het pachthof Knops, ook Walravenshof genoemd naar de eigenaars van de 14de tot de 17de eeuw, dat in het begin van de 19de eeuw omgevormd werd tot een lusthof met vijver en warande (Hof van Plaisantie). Het goed werd in 1904 aangekocht door Charlotte De Diest die het neoclassicistisch kasteel Les Tilleuls (nummer 105) bouwde alsook de hovenierswoning met aansluitende hoge bakstenen tuinmuur aan de Everbergstraat. De achterzijde van het park wordt afgeboord door een haag. Circa 1924 werd het domein in drie loten verdeeld en kort daarna in de westelijke hoek bebouwd met de cottagevilla Eyckenveld (nummer 109) en een sobere art-decogetinte villa (nummer 111) waarbij voornamelijk in de tuin van Eyckenveld de waardevolle bomen van de voormalige warande grotendeels bewaard bleven. Les Tilleuls werd echter in de jaren 1950 gesloopt en vervangen door het huidige neoclassicistisch geïnspireerde landhuis.
De aanzet tot de systematische verkaveling en bebouwing van de akkergronden aan de noordzijde van de Engerstraat tussen het station en de zijstraat Heuve, werd gezet met de bouw van Villa Jacobs (nummer 180) circa 1875 door Gustave Jacobs uit Wemmel. De pittoreske, eclectische villa is de eerste en tevens ook best bewaarde, van vier stilistisch nauw verwante villa’s: Villa Alice (nummer 150) circa 1895 opgetrokken als buitenverblijf door generaal Jean-Baptiste Meiser, Villa Maria (nummer 144) circa 1903 gebouwd door de Antwerpenaar Arthur Gobbaerts en Villa Lindenhof (nummer 140) circa 1905 gebouwd als Villa Gai Séjour door Leon Monniez. De eclectische, neotraditioneel en cottage geïnspireerde 'kasteeltjes' op onregelmatige plattegrond, worden gekenmerkt door verspringende volumes van twee bouwlagen en een souterrain onder gecombineerde (kunst)leien bedaking met fraaie dakkapellen en torentje (nummers 140 en 150), voorzien van erkers en/of balkons. De gevels zijn picturaal uitgewerkt door de combinatie van rood-bruine baksteen met breukstenen plinten, witte natuursteen en/of blauwe hardsteen voor de decoratieve elementen, houten windborden en kroonlijsten op klossen of uitgelengde consoles en smeedijzeren sierelementen zoals vorstkammen en spitsbekroningen. Villa Jacobs met hovenierswoning (nummer 174) en fraai bijgebouw met een spits torentje alsook Villa Alice met bijgebouwtje zijn beduidend meer picturaal uitgewerkt dan de twee andere vroeg 20ste-eeuwse villa’s. Sommige volumes werden in de loop der jaren licht aangepast in een aansluitende stijl. De vier villa’s zijn vrij kort aan de straat ingeplant en bewaarden naast hun bijgebouwtjes (remises met bijhorende stalling, bergschuurtjes, enzovoort) op nummer 150 na de originele straatafsluitingen zoals hagen, bakstenen muren en decoratief smeedijzeren hekwerk en grilles. Recent werd de tuin van Villa Lindenhof verkaveld waardoor er drie nieuwbouwwoningen in de tuin aan de kant van zijstraat Heuve werden opgetrokken, weliswaar met behoud van de oorspronkelijke tuinmuur aan de Engerstraat.
Stilistisch gelijkaardig, maar uitgewerkt als een symmetrisch dubbelhuis op rechthoekige plattegrond, is Villa Pierrot-Jacquot (nummer 170) opgetrokken in de jaren 1890 als zomerverblijf voor de in Brussel wonende notaris Maurice De Doncker. Door het wit schilderen van de villa is jammer genoeg het picturale effect verdwenen. Aan de achterzijde bevindt zich een recente aanbouw.
Monumentaler van opzet is het ernaast gesitueerde en bijna gelijktijdig gebouwde landhuis My Home, heden ’t Vinkennest (nummer 160), op het kadaster geregistreerd in 1898. Het centraal op het huidige perceel ingeplante eclectische landhuis met vage renaissance inslag in de topgevels werd oorspronkelijk eveneens getypeerd door verspringende volumes maar later uitgebreid tot een meer rechthoekig geheel. De monumentale toegangspoort aan de linkerzijde van het domein wordt geflankeerd door een zeer waardevolle meer dan 100 jaar oude taxushaag over een lengte van meer dan 100 meter. In zijn oorspronkelijke vorm liep de tuin achteraan door tot aan de Frans Mombaertsstraat vanwaar een sparrendreef toegang gaf tot het landhuis.
In het begin van de 20ste eeuw zette de bouw van buitenverblijven zich verder door, doch in een gewijzigde vormgeving. Villa Marie-Louise (nummer 149) opgetekend in het kadaster in 1903 en het reeds hierboven vermelde, gesloopte kasteel Les Tilleuls opgetekend in 1906, werden beiden opgetrokken als statige, rechthoekige volumes, in een eclectisch, classicistisch geïnspireerde stijl getypeerd door een wit geschilderde van schijnvoegen voorziene bepleistering. Links van Villa Marie-Louise in de deels ommuurde en omhaagde tuin bevindt zich een haaks op de straat ingeplant langgerekt bakstenen dienstgebouw.
Samen met de bouw van deze villa werd op het ernaast gelegen perceel een stilistisch gelijkaardige, doch eenvoudigere dorpswoning (nummer 147) gebouwd. De met schijnvoegen gecementeerde voorgevel heeft haar geriemde omlijstingen op de verdieping behouden in tegenstelling tot Villa Marie-Louise.
Rond 1900 worden er in Kortenberg en Erps-Kwerps ook een groot aantal burgerwoningen in decoratieve baksteenstijl door plaatselijke notabelen of handelaars opgetrokken. Deze symmetrische dubbelhuizen van overwegend twee bouwlagen en drie traveeën worden gekarakteriseerd door een hoger opgetrokken deurtravee uitlopend op een dakvenster met punt- trap-, of topgeveltje en door decoratieve baksteen- en metselwerkmotieven en/of het gebruik van gekleurde of geglazuurde baksteen.
Voorbeelden hiervan in de Engerstraat zijn Villa Desirée (nummer 67) en Villa Marie-Jeanne (nummer 145, gesloopt). De rijkelijk met witte baksteen gedecoreerde Villa Desirée werd gebouwd door de Erpse brouwer Louis Abeloos in het begin van de 20ste eeuw, het haaks op de straat gesitueerde dienstgebouw enkele jaren later. De tuin is deels ommuurd en heeft aan de straatzijde haar smeedijzeren grille en hek tussen bakstenen pijlers bewaard, alsook een fraai prieeltje achteraan in de tuin.
De meeste landhuizen en villa’s zijn voorzien van ruime tuinen of parken, zo genaamde lusttuinen, waarbij het ontwerp, de aanleg en het onderhoud de status van de eigenaar extra benadrukte. De lusttuinen, voornamelijk gerealiseerd in laat-landschappelijke stijl, werden beschouwd als een verlengstuk van de buitenverblijven en vormen dan ook één onlosmakelijk geheel met de villa’s.
De tuinen en parken ten zuiden van de Engerstraat (nummers 87, 99 en 105) gaan terug op oudere structuren en bevatten bijgevolg oudere bomen dan de volledig nieuw aangelegde tuinen vanaf het laatste kwart van de 19de eeuw op de voormalige akkers ten noorden van de Engerstraat (nummers 140, 144, 150, 160, 170 en 180).
Vandaag zijn niet alleen typische reliëfvormen bewaard gebleven (bijvoorbeeld lichte glooiingen, heuveltjes), maar bijvoorbeeld ook (delen van) de wegen- en padenstructuur, smeedijzeren hekwerk, tuinmuren, parkornamentiek, waterpartijen, brugjes en andere typische constructies.
Opvallend zijn de beplantingen, die destijds zorgvuldig werden uitgekozen om de lusttuinen een aangenaam en soms verrassend karakter te geven. Op heel wat plaatsen staan nog forse exemplaren van rode beuk, die samen met andere houtige en kruidachtige gewassen de tuinen en parken een opvallend kleurpalet geven.
Kenmerkend is de kruidachtige vegetatie, zowel in een strikt onderhouden vorm (bijvoorbeeld bloemperken), als in de vorm van een stinzenvegetatie (bijvoorbeeld gevuldbloemig sneeuwklokje) of als natuurlijke vegetatie (zoals boszegge, kraailook) voorkomt.
Water is een belangrijk element in de tuinen en parken van de Engerstraat. Vooral de tuinen aangelegd ten noorden van straat maakten gebruik van de nabijheid van het bronnengebied van de Weesbeek voor de aanleg van hun vijvers. Sommige vijvers zijn intussen verdwenen (bijvoorbeeld nummer 87), andere bleven bewaard al dan niet met hun oorspronkelijke brugjes (nummers 150 en 180 zijn nog voorzien van respectievelijk een ijzeren en een stenen brugje). De vijver van nummer 105 gaat terug tot het einde van de 18de – begin 19de eeuw.
Voorbeelden van heuveltjes, mogelijk in combinatie met een groenten- of ijskelder zijn terug te vinden in de tuinen van nummers 87, 99, 180. Deze heuveltjes kunnen in het verleden bekroond zijn geweest met een prieel, met een bijzondere beplanting of dergelijke meer.
Een mooi voorbeeld van bestrating is terug te vinden bij nummer 99, waar kasseien in witte kalkzandsteen (Diegemse?) in een sierlijk verband zijn aangelegd voor de villa.
Hoewel een aantal tuinen langs aangrenzende straten (Kwerpsebaan, Heuve en Frans Mombaertsstraat) werden bebouwd hebben bijna alle tuinen hun informele aanleg - hetzij geheel, hetzij gedeeltelijk - bewaard.
Bron: Beschermingsdossier 4.001/20000/2371.1, Ensemble van landhuizen en villa's (digitaal dossier)
Auteurs: Van Damme, Marjolijn
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Erps-Kwerps
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Ensemble van eclectische villa's [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/302494 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.