Eclectische burgerwoning uit het interbellum, naar een ontwerp van architect Jan De Vroey van 1924 voor Louis Van Wauwe uit de Cogelslei 26 in Berchem. Jan De Vroey is een zeer actieve architect in de eerste drie decennia van de 20ste eeuw in het Antwerpse. Hij vertegenwoordigt met stijlen als het eclecticisme, de neotraditionele stijl en de beaux-artsstijl de conventionele, behoudsgezinde strekking binnen de burgerlijke architectuur. Ook deze woning is een voorbeeld van zijn historiserende voorkeur: het eclectische ontwerp ent het materiaalgebruik en een aantal ornamenten uit de neo-Vlaamse renaissance op een klassieke gevelopbouw.
De half vrijstaande woning is van de straat afgescheiden door een grote, tot oprit omgevormde voortuin. Links van de woning tekende De Vroey een smeedijzeren hek om de toegang tot de tuin af te sluiten.
De burgerwoning telt twee traveeën en twee bouwlagen onder een leien pseudo-mansardedak. Parement van rode baksteen op hardstenen plint, met gebruik van contrasterende witte natuursteen voor banden, ornamentiek en parement van de erker in de voorgevel. In de voorgevel domineert het open hoekportaal met rondboogarcades op gebombeerde zuilen, toegankelijk via vier hardstenen treden. De houten, dubbele voordeur heeft bewaard schrijnwerk. Boven het portaal een eenvoudige rechthoekige vensteropening, en een houten dakvenster in het leien dakveld. De brede venstertravee, uitgewerkt als risaliet, heeft op de verhoogde begane grond een natuurstenen driezijdige erker bekroond met dito balkon waarin smeedijzeren ornamenten zijn verwerkt. Op de verdieping een drielicht met rechthoekige vensters, met een natuurstenen latei die doorloopt over de hele gevel, en de verbinding vormt met het bovenvenster in de deurtravee. Bekroning met een geveltop geïnspireerd op de neo-Vlaamserenaissance-stijl, met onder meer bolornamenten.
De zijgevel telt een vijftal traveeën met een parement dat horizontaal geritmeerd is door natuurstenen banden, waarvan er twee fungeren als de lateien van de vensteropeningen. Centraal een groot, breed venster dat de centrale hal verlicht, op de bouwtekening voorzien van fijne houten roedeverdeling. Verder rechthoekige vensteropeningen van verschillende grootte. Achteraan een kleine, lage aanbouw met achterdeur.
Het bouwdossier bevat de plattegronden en toont een ruime woning, opgebouwd rond een zeer grote centrale traphal. De woning is onderkelderd, met provisie-, kolen- en wijnkelders. De begane grond bevat als belangrijkste ruimte de gevelbrede inkomhal met bordestrap, die je vanuit het portaal en een kleine inkom bereikt. Vóór de vierkante traphal, aan straatzijde, een eetkamer. De zitplaats zit aan tuinzijde, met deurvensters verbonden met een terras. Naast de zitplaats is een vestiaire met WC en "lavatory" voorzien. Ten slotte, in de lage achterbouw, de vaste plaats van keuken en wasplaats. De eerste verdieping biedt ruimte aan slaap- en badkamers. Op de mansarde zijn zolderkamers voorzien.
- Stadsarchief Antwerpen, Bouwdossiers, 329 # 635.