erfgoedobject

Appartementsgebouw Eykens

bouwkundig element
ID
302609
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/302609

Juridische gevolgen

Beschrijving

Modernistisch appartementsgebouw van vier flats, in 1937 gebouwd als opbrengsteigendom voor deurwaarder F.E. Eykens naar een ontwerp van architect Benoit J. Dupont uit 1936.

Benoit J. Dupont, wiens carrière omstreeks 1925 van start ging, legde zich in de jaren 1930 in het bijzonder toe op het flatgebouw van hogere standing. Op goed vijf jaar tijd realiseerde hij minstens een twaalftal hoogbouwcomplexen in Antwerpen, in een gematigd progressieve architectuur die het midden hield tussen art deco en modernisme. Tot de vroegste en interessantste voorbeelden behoren de "Résidence Generaal Leman", een tweelingcomplex in de Generaal Lemanstraat (1933-1934), en de "Résidence Estoril" in de Doornelei (1934), waar hij zelf zijn architectenkantoor en privéwoning vestigde. Dupont overleed na drie jaar gevangenschap in 1945 te Bützow in Duitsland. Het kleine modernistische flatgebouw in de Edgard Casteleinstraat is een bescheiden en laat werk in het Antwerpse oeuvre van Dupont. Het ontwerp is volledig ontdaan van de art-deco-accenten die Dupont in zijn eerdere realisaties nog wel toeliet.

Opgetrokken met een structuur van vloerplaten in gewapend beton en muurwerk in baksteen, omvat het twee traveeën brede flatgebouw een kelder en vier bouwlagen onder een plat dak. Het gebouw groepeert vier appartementen, één per bouwlaag.

Het gevelfront, met toegang aan de rechterzijde, heeft een parement van rood baksteenmetselwerk in halfsteens verband met schaduwvoegen en platvolle stootvoegen gecombineerd met witte natuursteen, rust de bovenbouw op een witstenen sokkel met hoge plint in blauwe hardsteen. Een daklijst van zwart geglazuurde dekstenen bekroont het geheel.

Karakteristiek is de nadrukkelijke horizontale uitwerking van de bovenbouw met nagenoeg gevelbrede bandramen afgewisseld met stroken witte natuursteen. De combinatie van rood baksteenmetselwerk met grote gevelvlakken in witte natuursteen typeert de meeste van Duponts ontwerpen uit de jaren 1930.

De bovenbouw is opgevat als een monumentaal en uitkragend vensterregister, massief uitgewerkt door het gebruik van witte natuursteen voor de geprofileerde omlijsting, de doorlopende lekdrempels, en de bekleding van de borstweringen. Contrasterend met dit zware front, voorziet de architect een omzomend arrière-corps in rood baksteenparement dat zich verder aftekent langs de rechterzijde van de sokkel.

Qua indeling wijkt de begane grond af van de eenvormige, krachtige bovenbouw. De opdeling in twee traveeën gebeurt hier veel nadrukkelijker. In de rechtertravee geven twee identieke inkomdeuren de gescheiden toegang tot het appartement op de begane grond en tot de bovenliggende flats aan. De inkomdeuren zijn benadrukt door een witte natuurstenen omlijsting en gescheiden door een muurdam voor brievengleuven en huisnummer. Ze zijn authentiek bewaard, met raampje en platijzers.

In de linkertravee worden de deuren geflankeerd door het brede venster van het salon. De verhoudingen van dit venster worden in de bandramen van de bovenbouw subtiel herhaald, door middel van een vensterpost die de bandramen opdeelt in ongelijke, maar op elke verdieping identieke traveeën. Hierdoor drukt Dupont het inwendige programma van de slaapkamer en de bredere woonkamer visueel uit. Het oorspronkelijke stalen vensterschrijnwerk met roedeverdeling is vervangen door kunststofschrijnwerk, zonder daarbij de oorspronkelijke raamverdeling te respecteren.

De sobere achtergevel, inclusief de afgeronde borstweringen van de uitkragende balkons, is uitgevoerd in baksteenmetselwerk.

Het appartementsgebouw heeft een nagenoeg rechthoekig grondplan en is in de inkomtravee voorzien van een trappenhuis ter ontsluiting van de flats op de bovenverdiepingen. De gelijkvloerse flat heeft een private inkomhal.

De indeling van de vier flats is nagenoeg identiek. Het middenplan biedt ruimte aan een hal, bergkast en badkamer. Aan de straatzijde liggen een salon en slaapkamer, terwijl aan de tuinzijde een slaapkamer en een keuken zijn ingericht, uitgevend op een overdekt terras met bergkast en toilet. De gelijkvloerse flat boet aan ruimte in vanwege de twee inkomhallen en telt slechts één slaapkamer, achteraan. Dit ruimteverlies wordt deels gecompenseerd door toevoeging van een veranda en een kleine bergplaats onder plat dak achteraan. De flat heeft verder het genot van de kleine tuin met terras.

Bij de bouw werden de vloeren van salons, hallen en slaapkamers gedekt met parketvloeren, en de vloeren van badkamers, keukens en terrassen met tegels. In de gelijkvloerse flat kreeg de veranda een parketvloer, en de inkomhal en hal een tegelvoer.

Volgens het bouwplan wordt de kelder, die zich uitstrekt onder het volledige gebouw, ingenomen door een gemeenschappelijke ruimte waarrond een meterruimte en vier individuele kolenkelders en voorraadruimten geschikt zijn.

  • Stadsarchief Antwerpen, Bouwdossier, 18#6765.

Auteurs: Van den Borne, Steven; Bisschops, Tim
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Appartementsgebouw Eykens [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/302609 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Stad Antwerpen

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.