erfgoedobject

Halfvrijstaand burgerhuis Swennen

bouwkundig element
ID
302615
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/302615

Juridische gevolgen

Beschrijving

Burgerhuis in naoorlogs modernisme naar ontwerp van architect Dolf Mouwen uit 1948 in opdracht van Fernand Swennen. Omstreeks 1958 wordt naar ontwerp van dezelfde architect een autobergplaats bijgebouwd.

Dolf Mouwen ontwierp in 1952 een appartementsgebouw in naoorlogs modernisme met traditionalistische accenten, gelegen aan de Jan Van Rijswijcklaan 133. Andere gebouwen kunnen vooralsnog niet aan deze architect toegeschreven worden.

De woning maakt deel uit van de meer traditioneel geïnspireerde (half)vrijstaande bebouwing in de eerste helft van de Serigiersstraat en aan de kruising met de Ryckmansstraat, waar de stedelijke richtlijnen voortuinen en een afdekking met onder meer schild- en pseudo-mansardedaken voorzien. Hiermee wordt afgeweken van de overwegend aaneengesloten bebouwing onder platte bedaking in gematigd modernistische stijl, die karakteristiek is voor de Tentoonstellingswijk. De halfvrijstaande woning is één van de vroegste realisaties in deze straat die in 1948 nog grotendeels onbebouwd was. Het pand is opgericht op een quasi rechthoekig perceel met een voortuin van zes meter, afgesloten door een doorzichtig kunsttraliehek.

Exterieur

Karakteristiek voor de jaren 1940-1950 drukt de gevelvormgeving een streven naar monumentaliteit uit die zichtbaar is in de tweeledige gevelbekleding en benadrukte dakbehandeling. Het woonhuis telt drie bouwlagen met zijdelingse toegang en is afgedekt met een overkragend pseudo-mansardedak met pannen (rood op het plan, donkerblauw in huidige toestand). De dakcompositie verspringt naar achter toe: vooraan telt de mansardeverdieping één bouwlaag, maar achteraan omhelst het grote dak ook de eerste verdieping. Deze ingreep liet de eigenaars toe om, ondanks de verplichte gevelhoogte van zeven meter met kroonlijst, een extra bouwlaag te realiseren waarbij aan de achterbouw, geïnspireerd door de Amsterdamse School, een monumentaal karakter werd verleend.

De bouwplannen voorzien onder deze benadrukte bedaking een doorlopende, contrasterende muurgeleding met op de eerste verdieping een band in rode parementsteen, die de voorgevel en de zijdelingse inkomtravee markeert. De bovenbouw rust op een hoge bekleding in witte natuursteen met plint in blauwe hardsteen, doorlopend over de drie gevelfronten. De horizontaliserende geleding wordt in evenwicht gebracht door een rijzig schouwrisaliet, verlevendigd met visgraatmotief, aan de linkerzijde van de voorgevel tegen de scheimuur. Dit verticale element is ook uitgevoerd in rode baksteenparement, en markeert de overgang vormt naar het hogere, links aansluitende pand. Uiteindelijk is geopteerd voor een uitvoering met een extra baksteenstrook boven de plint ter hoogte van de voorgevel en de inkomtravee. De voorziene natuurstenen bekleding achter de toegang is niet gerealiseerd en vervangen door baksteen. Het metselwerk in rode parementsteen is integraal uitgevoerd in halfsteens verband, platvol gevoegd.

De voor- en zijgevel vertonen een asymmetrische indeling met in de rechtertravee telkens een blind muurvlak. De voorgevel is voorzien van een breed vierlicht in klassieke omlijsting op de begane grond, en tweelichten op de verdiepingen. In de voorgevel zijn, afwijkend van de bouwtoelating, de vensters van begane grond en eerste verdieping even breed uitgevoerd. Een verheven beeldhouwwerk met levendige, gekrulde motieven op de hoek, markeert visueel de overgang van de voorgevel naar de inkomtravee in de zijgevel. Daarnaast de even hoge overluifelde toegangsdeur, waarboven tweelichten op de verdiepingen. Het inkomportaal is wellicht nog uitgerust met een oorspronkelijke muurlantaarn en brievengleuf.

Kleine zijlichten waarvan het rechter exemplaar deel uitmaakt van een verdiepte bakstenen lichtstrook, flankeren de toegangsdeur. De langgerekte lichtstrook, die verbonden is met de voordeur door een bakstenen plantenbak, zoomt over de volledige hoogte de natuurstenen bekleding af en geeft de achterliggende trapzaal aan. De verticale beweging wordt herhaald in de vensters van de bovenbouw. In de rechtertravee is de keuken van daglicht voorzien middels een breed drielicht. De doorrit en het pad dat de voorgevel afzoomt zijn uitgevoerd in breuksteen. Dit materiaal is ook gebruikt voor de plint die op de plannen voorzien was in blauwe hardsteen.

De horizontale geleding van het geheel wordt versterkt door de overkragende, verspringende houten dakgoot die herhaald wordt in de belijning van het dakmassief (doorlopende bovendorpels van de dakramen), en door de kordonlijst in witte natuursteen onder het baksteenparement van de voorbouw.

Verdere verfraaiing van de gevel wordt gecreëerd door witstenen ornamentering met sierkrulmotief verwijzend naar de art deco, die afgezien van het overhoeks reliëf gebruikt is in de centrale bekroning van de vensters op de begane grond, waarvan de dorpels en decoratief ondersteunende consoles ook in dit materiaal zijn uitgevoerd. Het houten vensterschrijnwerk is traditionalistisch verfraaid met ruitvormig glas in lood (doorzichtig). Het vensterschrijnwerk is samen met de beglaasde toegangsdeur met ijzeren smeedwerk nog grotendeels bewaard.

Het monumentale streven komt tot uiting in het cassettenplafond van de luifel boven de toegang en de forse omkadering met schuine dagkanten van de voordeur en de vensterpartijen op de begane grond. Contrasterend zijn voordeur en vensters voorzien van sober siersmeedwerk met accolademotief, dat ook gebruikt is voor de lage afsluiting van de doorrit en de voortuin. De afsluiting is hier afgezoomd door een lage haag.

Aan de achtergevel neemt de hoge dakpartij de volledige bovenbouw in. Op elke niveau is het gevelfront hier opengewerkt met brede vensterregisters, doorbroken met asymmetrische accenten: houten bekleding tussen de openingen in de bovenbouw en een vensterdeur op de begane grond.

Interieur

De plattegrond vertoont een enkelhuisopstand, met in de inkomtravee de functionele ruimten zoals de inkomhal met toilet en vestiaire, de zijdelingse traphal evenwijdig met de straat, en een achterliggende keuken en in de brede venstertravee een enfilade van twee grote woonruimtes. De kelder biedt ruimte aan een kolen- en ketelruimte, en achterliggend aan een schuilkelder waar verder ook een wasruimte en een voorraadplaats zijn ingericht. De begane grond wordt grotendeels ingenomen door de leefvertrekken met een salon en eetkamer aan straatzijde, uitgevend op een woonkamer en studio die een nagenoeg gevelbreed zicht bieden op de tuin. De eerste verdieping herbergt twee kinderkamers aan straatzijde en achteraan een slaapkamer en de gemeenschappelijke badkamer. In de hal is nog een afzonderlijk toilet voorzien. Dezelfde indeling vinden we terug op het bovenste niveau. Hier zijn aan straatzijde twee kamers, op het middenplan opgedeeld in functie van een bergplaats en achteraan een logeerkamer en een kamer voor de dienstbode.

De interieuraankleding is vrij goed bewaard. Omstreeks 1958 zijn volgens de eigenaar binnenveranderingen uitgevoerd waarbij de vierdelige beglaasde deur tussen eetkamer en woonkamer is uitgebroken. Nadien is de tweede verdieping die eertijds als zolderruimte werd gebruikt, verbouwd tot living, keuken met kookkachel, slaapkamer en bureau. De inkomhal vertoont nog de oorspronkelijke afwerking met een vloer en hoge plint in rode gevlamde (Belgische) marmer en een trapzaal met gesloten leuning en opstaande handgreep in goudverf en verfraaid met sierkrulmotief. In de leefruimte staat de oude schouwmantel in witte natuursteen met cassettenmotief, waarbij het aansluitend afgerond stucwerk verdwenen is. Ook bewaard zijn parketvloeren met visgraat- en mozaïekmotief en radiatorkasten. De badkamer is nagenoeg intact behouden met mozaïekvloeren, ingemaakte kasten en halfrond afgewerkt, verdiept plafond.

  • Stadsarchief Antwerpen, Bouwdossiers, 18#24402 en 18#34892.
  • VAN DEN BORNE S. & VAN LERBERGHE B. 2016: Terreinbezoek Serigiersstraat 3 (Antwerpen) (terreinbezoek op 22 oktober 2016).

Auteurs: Van den Borne, Steven
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Halfvrijstaand burgerhuis Swennen [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/302615 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Stad Antwerpen

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.