"Villa Les Glycines" is een grote burgerwoning, in 1930 ontworpen door de populaire architect Karel Van Looy, in een sobere, florale art deco. Opdrachtgever was Eugene Tys, uit de Huybrechtsstraat 74 in Borgerhout.

Van Karel Van Looy kennen we talrijke burgerhuizen in de provincie Antwerpen, ontworpen in sobere, klassieke vormen van art deco en modernisme. Hij was vooral actief in de jaren 1930. In de buurt van de Venneborglaan/Gallifortlei in Deurne is hij één van de meest productieve bouwmeesters. Met een aantal vaste en doorgaans in de gevel gesigneerde typemodellen, is zijn werk goed herkenbaar in het straatbeeld. Telkens komen dezelfde ornamenten terug binnen een steeds licht variërend gevelschema. We vinden typemodellen terug van eengezinswoningen en van kleine appartementsgebouwen. Deze woning is binnen zijn oeuvre in de wijk één van de meest voorkomende woningen. Volgens hetzelfde typeplan zijn in de Venneborglaan nog de nummers 45 en 90 bewaard, waarbij nummer 90 veel van haar detaillering is verloren.

De burgerwoning past uitstekend in het straatbeeld: in het oudste, zuidelijke deel van de Venneborglaan staan hoofdzakelijk grote burgerwoningen met een pittoreske puntgevel in art deco of cottagestijl. Allemaal hebben de woningen een voortuin, afgebakend door een muurtje of laag hekwerk dat door de architect werd getekend in het bouwdossier. De smeedijzeren afsluiting tussen bakstenen pijlers dat Van Looy tekende, werd bewaard.

Burgerhuis van twee traveeën en drie bouwlagen onder plat dak, waarvan de bovenverdieping als mansarde is uitgewerkt, met een leien dakschild. Lijstgevel in bruinrode baksteen op lage plint met bossage. De woning combineert een brede venstertravee met een smalle deurtravee. De venstertravee is benadrukt door een twee verdiepingen hoge, gebogen erker, die op de gecementeerde brede banden is versierd met typische, geometrische art-deco-ornamentiek en bekroond is door een balkonleuning waarin smeedijzer verwerkt is, met een belijning die aansluit bij dat van het voortuinhek. De brede venstertravee wordt afgesloten door een als gebogen fronton uitgewerkt, breed rondbogig dakvenster onder houten daklijst. Het gecementeerde parement van dit dakvenster draagt verfijnde art-decoreliëfs met geometrische en florale motieven.

De iets terugwijkende deurtravee rechts heeft een rechthoekige deur, oorspronkelijk onder een luifel met bovenlicht. Boven de deur een eenvoudig rechthoekig bovenvenster. Deur en venster worden verbonden door gecementeerde velden waarin art-decoreliëfversiering, onder meer de huisnaam "VILLA LES GLYCINES" (blauwe regen), in een voor het interbellum kenmerkend lettertype. Houtwerk van deur en vensters is niet bewaard.

Van Looy koos voor de traditionele enkelhuisplattegrond, die de stadswoning in de 19de eeuw domineerde en die heel lang in de 20ste eeuw doorleefde. Links, de duidelijk herkenbare enfilade salon, eetkamer en veranda. Rechts, in de smalle deurtravee, de laterale gang met trappenhuis, waarachter zich de keuken en het washuis bevinden. De plattegronden in het bouwdossier laten zien dat de burgerwoning de optie had om in twee wooneenheden opgesplitst te worden: zowel op de beneden- als op de eerste verdieping is achteraan een keuken met washuis getekend op de plannen. Op de bovenverdieping bevonden zich bij opsplitsing de slaapkamers voor de benedenwoning; de eerste verdieping kon verhuurd worden als appartement. Op de plannen van talrijke woningen in de Venneborglaan zien we een tweede keuken op de eerste verdieping, wat wijst op het optionele gebruik van de burgerwoningen als meergezinswoningen.