erfgoedobject

Modernistische villa

bouwkundig element
ID
302677
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/302677

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Modernistische villa
    Deze vaststelling is geldig sinds

Beschrijving

Villa in een voorzichtig modernistische stijl. Opgetrokken op basis van een bouwaanvraag die in 1929 werd ingediend door M. Rudelsheim, toen wonend op het Statieplein 23 in Antwerpen. Architect Ed Van Not tekende het ontwerp.

Van Not realiseerde nog drie andere woningen in de Venneborglaan. Het naastgelegen ensemble van twee woningen in art deco dateert van 1927-1929. Een paar jaar later, in 1939 tekende hij in het begin van de straat een rijwoning. Beide creaties getuigen van een decoratieve, vrij klassieke aanpak van de art deco. Deze villa voor Rudelsheim illustreert hoe Van Not naargelang zijn carrière vordert, langzaam verschuift richting een voorzichtig modernisme. De vier ontwerpen in de Venneborglaan behoren tot het rijpe oeuvre van Van Not, dat zich in het interbellum situeert. Minstens vanaf 1910 tot zijn overlijden was Van Not actief als gemeentelijk architect van Deurne. Hij combineerde deze functie met een privépraktijk. De loopbaan van architect Van Not ging kort na de eeuwwisseling van start. In het begin van zijn carrière ontwierp hij tientallen burgerhuizen in Antwerpen, een groot aantal in dienst van de Algemeene Bouwmaatschappij. Waar hij vóór de Eerste Wereldoorlog in zijn talrijke woningontwerpen de neostijlen afwisselde met de art nouveau, paste hij tijdens de jaren 1920 simultaan de beaux-arts-, de cottage- en de art-decostijl toe. Vanaf eind jaren 1920 zal Van Not evolueren naar een voorzichtig modernisme.

Door haar soberheid valt de woning op tussen de verder meer pittoresk en decoratief uitgewerkte bebouwing. Het bruine baksteenmetselwerk, het volume, de indeling van de voorgevel en de voortuin sluiten echter goed aan bij het straatbeeld. De originele afsluiting van de voortuin, zoals ontworpen door Van Not in het bouwdossier, is verdwenen.

De villa telt twee traveeën en twee bouwlagen onder een schilddak met zwarte pannen. Het dak is licht overkragend, ondersteund door een brede, witte kroonlijst die doorloopt over alle gevels. In de voorgevel zit een breed dakvenster onder lessenaarsdak; in beide zijgevels wordt de kroonlijst doorbroken door een centrale puntgevel, aansluitend op zadeldaken die het schilddak insnijden.

De lijstgevels hebben een bruin bakstenen parement dat een grote soberheid uitstraalt. De klassieke travee-indeling van de gevels wordt verlaten in functie van een iets vrijere verdeling van de muuropeningen over de gevel. In de voorgevel overheerst de horizontaliteit door de doorlopende onderdorpels van de vensters, uitgevoerd als een smalle hardstenen band. Deze banden omschrijven ook de driezijdige erker in de brede linker venstertravee, die net als de rest van de gevel geen versiering draagt. De vensteropeningen in de voorgevel zijn rechthoekig en niet omlijst: samen zijn ze in iets dieperliggende muurvlakken gelegen, afgezoomd met een subtiele strook in verticaal metselverband.

Beide zijgevels zijn volgens hetzelfde stramien opgedeeld, met telkens centraal een hoge puntgevel in een verder vrij gesloten gevel. In deze puntgevel, verspreide kleine vensters, allemaal rechthoekig. In de rechter zijgevel is in dit risaliet ook de voordeur aangebracht, gevat tussen twee hoge zijlichten. Boven de deur, in de gevelpunt, zit een zoldervenster omgeven met siermetselwerk dat verwijst naar de art deco van de Amsterdamse School. De smalle, lage garage sluit aan bij deze zijgevel. De linker zijgevel is amper zichtbaar: de buurwoning sluit met de blinde zijgevel heel dicht aan.

Hoewel de open bebouwing een vrije indeling van de plattegrond mogelijk maakte, koos Van Not hier voor een traditioneel, op de enkelhuisindeling geïnspireerd plan. De gang zit in de smalle rechter travee en bevat ook een lateraal trappenhuis. Hoewel de hal maar inzet centraal in de zijgevel, wordt de travee-indeling gerespecteerd. In de brede travee, in de voorgevel gevisualiseerd door de erker, een enfilade van zitkamer, eetkamer en veranda. De zitkamer kan door de positie van hal en gang de volledige gevelbreedte innemen. Aan tuinzijde, achter de gang, een ruime keuken. Zowel vanuit de gang als vanuit de keuken is de garage te bereiken. De indeling wordt op de verdieping herhaald en bevat drie achter elkaar gelegen slaapkamers in de brede travee. Voor het trappenhuis een badkamer, achter de trap een bureel. Onder het dak zijn een dienstbode- en een logeerkamer weergegeven, wat er op wijst dat de villa bedoeld was voor een gezin met inwonend personeel.

  • Stadsarchief Antwerpen, Bouwdossiers, 329 # 5388.

Auteurs: Hooft, Elise
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Modernistische villa [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/302677 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Stad Antwerpen

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.