is aangeduid als beschermd monument Avernassetom
Deze bescherming is geldig sinds
is deel van de aanduiding als beschermd stads- of dorpsgezicht, intrinsiek Drie Tommen, Twee Tommen en Avernassetom met omgeving
Deze bescherming is geldig sinds
De site bevindt zich op het Haspengouws leemplateau, op een hoogte van circa 130 meter +TAW, en ligt in een open landschap gevormd door akkers en grasland. De bodem bestaat uit droge leembodems met textuur B horizont (bodemtype Aba1). De bodem en topografie waren van groot belang voor de keuze van de locatie van een grafheuvel of grafveld. Deze werden aangelegd op de agrarisch meest geschikte gronden, meer bepaald de goed gedraineerde leembodems op plateau- of hellingsgronden.
De grafheuvel bevindt zich in het uiterste zuiden van Montenaken, ten zuiden van het Tommeveld. De site ligt vlakbij de grens tussen Montenaken en Vorsen. Het tom(me)-toponiem blijkt bij vergelijkend onderzoek regelmatig op de huidige gemeentegrenzen voor te komen. De zogenaamde Kassei van Nijvel, die het uitgangspunt vormde voor het archeologisch onderzoek van H. Schuermans, is niet bewaard gebleven in het landschap. De grafheuvels uit de omgeving benadrukten waarschijnlijk de loop van deze verdwenen weg, die eveneens de waterscheidingslijn volgde. De Avernassetom zou volgens Schuermans ten zuiden van en dichtbij deze weg gesitueerd zijn.
De tumulus is volgens G. Lux (1979) circa 7,80 meter hoog en heeft een diameter van ongeveer 23 meter aan de basis en 8 meter aan de top. Volgens het opgravingsplan van H. Schuermans heeft de grafheuvel een noordoost-zuidwest oriëntatie en is de helling aan de westzijde steiler dan deze aan de oostzijde. De grafheuvel werd in de vorige eeuwen geplunderd. In één van de flanken werden sporen van een haard teruggevonden. Verder werden ook een vierkante kuil en sporen van plundering aangetroffen.
Naar aanleiding van de beschrijving van de militaire activiteiten van Louis XIV in onze gewesten (1690-1694) werd de tumulus door J. de Beaurain cartografisch aangeduid met de aanduiding van twee heuvels, met vermelding van het toponiem “Tombe de Montenaken” of “Tombe d’Avenas”. Archiefbronnen uit de tweede helft van de 17de eeuw en de eerste helft van de 18de eeuw vermeldden de “Tombe van Montenaken”, “Boschelle-tombe” of “Tomba de Avernas”.
De kaart van Eugène-Henri Fricx (1706-1712) geeft de locatie van de tumulus met de aanduiding van twee heuvels weer, met vermelding van het toponiem “Tombe de Montenaken”. Op de kabinetskaart van de Ferraris (1770-1778) wordt een cirkelvormige verhevenheid weergegeven, zij het zonder vermelding van een toponiem. De kaart van Vandermaelen (1846-1854) geeft de tumulus met hetzelfde toponiem “Tombe de Montenaken” weer.
In september 1864 voerde H. Schuermans (Commission royale d’art et de l’archéologie) een opgraving uit door middel van een naar het centrum toe smaller wordende galerij en verschillende radiale tunnels in de as van de heuvel. Dit gebeurde in het kader van een systematisch archeologisch onderzoek naar de tumuli in het centrum van de Haspengouwse leemstreek. De tumulus bleek reeds eerder geplunderd te zijn, volgens V. Gauchez (1882) en E. Hublard (1903) door de troepen van Louis XV tijdens de 18de eeuw of volgens L. Renard (1900-1901) op het einde van de 17de eeuw door de troepen van Louis XIV.
De “vierkante verticale schacht”, door de grafrovers tot 75 centimeter onder het oude oppervlak uitgehaald in de as van het heuvellichaam, was onderaan met “een grote hoeveelheid slakkehuisjes” gevuld. Er werd nochtans “niet het minste scherfje” teruggevonden, waardoor H. Schuermans twijfelde aan het succes van de plunderpoging. Bovendien interpreteerde hij deze grafheuvel als een “seinpost”, onder andere door de aanwezigheid van een “runderschedel”.
De voormalige Civitas Tungrorum telt veruit het grootste aantal tumuli van Vlaanderen. De tumuli zijn statistisch gezien het talrijkst ten noorden van de Samber en Maas. De meeste tumuli zijn echter verdwenen en werden enkel in kaart gebracht door middel van toponymie, opgravingen en luchtfotografie. De grafheuvels in deze regio bevinden zich langs of in de nabijheid van de heerwegen en zijn, voor het merendeel, geïsoleerd in het landschap ingeplant. Soms staan ze in groepjes van twee (Twee Tommen) of drie (Drie Tommen). Met uitzondering van de sites uit de Flavische periode te Berlingen, Braives en Kerkom dateren de meeste grafheuvels in deze regio uit de 2de eeuw. In deze periode werden de grafgiften steeds rijker, met onder andere bronzen vaatwerk. De meeste tumuli werden opgericht voor een persoon die tot de invloedrijke sociale klasse behoorde. Aangezien bij de meeste grafheuvels slechts één verassing aanwezig is, wordt er van uit gegaan dat slechts één lid van een bepaalde familie op deze manier begraven werd.
Het heropleven van de tumulusbegraving in Haspengouw vond vermoedelijk rond de jaren 70-80 plaats. Het opgeven van deze begravingsvorm in het begin van de 3de eeuw in onder andere Haspengouw werd toegeschreven aan de verzwakking van het Romeinse gezag in de streek langs de Rijn en Donau enerzijds en aan de geleidelijke introductie van de inhumatiebegraving anderzijds.
De Avernassetom is bedekt door gras en enkele loofbomen. Volgens de inrichtingsplannen (2013) van de tumuli te Gingelom zouden de bomen op deze tumuli gekapt worden.
De Avernassetom behoort tot de weinige goed bewaarde tumuli in Vlaanderen. Het zijn historische overblijfselen die verwijzen naar een bepaald begrafenisritueel in een welbepaalde cultuur. Bijgevolg hebben ze een belangrijke historische waarde.
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Montenaken
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Avernassetom [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/302704 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.