Grote burgerwoning in late cottagestijl, gebouwd in opdracht van Rémy Van Wauwe, naar een ontwerp van architecten Charles en Gérald Hoge uit 1959.

Vader en zoon Hoge, samen een bekend Gents architectenbureau vormend, signeerden de woning op de hekpijler van de voortuinafsluiting. Hun stijl is daarenboven duidelijk af te lezen in de drukke versiering van de houten erker en de natuurstenen puntgevel daarboven.

De woning is een representatief voorbeeld van de naoorlogse productie van vader en zoon Hoge, dat zijn reputatie vooral ontleende aan het herkenbare, traditionalistische idioom van zijn voorname burgerhuizen en villa's. In Gent en omstreken bekend als de 'style Hoge', bracht vader Charles Hoge in de loop van de jaren 1920 en 1930 een regionalistische stijl tot ontwikkeling, met kenmerken uit de neo-Vlaamserenaissance-stijl en de Anglo-Normandische traditie van vakwerkbouw. Tot diep in de jaren 1950 bleef het bureau trouw aan deze behoudende architectuur, somptueuze stijlinterieurs combinerend met de vereisten van het eigentijdse comfort.

Het bureau Hoge richtte zich tot de beter gegoede bouwheren, die hun status wilden uitdrukken via een traditionalistische, opvallende architectuur, die alle modern comfort bood. De woning in de Ter Rivierenlaan is gebouwd in de rij, maar de imposante natuurstenen gevel, de omvang van de woning en de indeling ervan, geven deze rijwoning de allures van een villa. Opdrachtgever Rémy Van Wauwe is wellicht te identificeren als de profvoetballer uit Deurne (1912-1983) die tijdens de jaren 1930 bij Royal Antwerp FC speelde.

Voor de woning, een voortuin met deels bewaarde afsluiting: de natuurstenen muurtjes zijn bewaard, de hekken die tussen de pijlers aanwezig waren, zijn weggehaald.

De woning telt drie ongelijke traveeën en twee bouwlagen onder hoog leien zadeldak met dakvensters. De voorgevel is integraal bekleed met witte similinatuursteen ("kunst-wit-steen") op lage hardstenen plint. De façade combineert een brede punt- met een lijstgevel. De onregelmatige plaatsing en heterogeniteit van de vensteropeningen is typerend voor de cottagestijl en een vast element in de stijl van de Hoges. Meest opvallende element is de erker met puntgevel in de rechter travee: op de begane grond een segmentboogvenster in natuurstenen parement, krijgt deze erker op de verdieping een houten aankleding (gevernist wengéhout) met rijke ornamentiek, boven de kroonlijst bekroond door een natuurstenen puntgevel die opgevuld is door bloemenranken in reliëf. Centraal een tudorbogige voordeur in rechthoekige omlijsting. De deur is overluifeld door het brede balkon van het drielicht op de verdieping, waar zich de masterbedroom bevindt. De twee rechtertraveeën zijn gebundeld onder één grote puntgevel, versierd met een boogfries en een band op klossen. Eenvoudige linker travee, met beneden een brede segmentbogige garagepoort en boven een klein rechthoekig venster. Het originele schrijnwerk is overal vervangen; de plannen in het bouwdossier geven de indeling van de ramen in ruitjes weer.

De plattegronden in het bouwdossier tonen de omvang van de woning. Behalve de woonruimtes voor het gezin, zijn er bijvoorbeeld ook een meidenkamer, een vriendenkamer en een speelkamer aanwezig. De voorste helft van de woning is onderkelderd, behalve een wijn-, kolen-, verwarmings- en voorraadkelder, bevindt zich hier ook een grote wasplaats. Op de begane grond centraal een inkomhal, die zich in het midden van de woning verbreedt tot een vierkante trapzaal met wenteltrap, van waaruit alle omliggende kamers te bereiken zijn. De brede rechtertravee herbergt een grote woonkamer aan straatzijde, die in enfilade verbonden is met een eetplaats, uitgevend op een terras aan tuinzijde. De linkertravee wordt ingenomen door een inpandige garage, waarachter een vestiaire en gastentoilet gesitueerd zijn. Achterin de woning zit de keuken, met aansluitend een kleine eetplaats.

Op de verdieping zitten aan straatzijde twee grote slaapkamers: centraal de "meesterskamer" met links een badkamer en rechts ervan een tweede kamer, eveneens met eigen badkamer. Vanuit de grote overloop toegang tot een gastentoilet, een groot terras en een studio en slaapkamer aan tuinzijde. Vanuit de overloop vertrekt een smalle trap naar de zolderverdieping, waar de architecten een meiden- en een logeerkamer voorzagen, beide met eigen badkamer. De helft van de zolderverdieping is ingenomen door een grote speelkamer.