Burgerhuis in art deco, ontworpen in 1928 door architect Victor Gorlé voor Antoon Gelsing, een handelsreiziger uit Merksem, Victor Roosensplein 35.

De woning is een illustratie van het vroege werk van Victor Gorlé, een architect die vooral gekend is door zijn associatie met Leon Stynen, met wie hij woningen, winkelhuizen en appartementsgebouwen in Antwerpen, Knokke en Brussel realiseerde. Waar deze samenwerking vooral vooruitstrevende modernistische architectuur opleverde, zien we hier een ontwerp in een traditionele art-decostijl, een stijl die de Venneborgwijk kenmerkt en die dus toen perfect paste in het straatbeeld van bakstenen pittoreske gevels.

De stijlspecifieke elementen van de woning beperken zich hoofdzakelijk in het ijzerwerk van de deur. Materialen en algemene opbouw zijn daarbij geïnspireerd op de traditionele bak- en zandsteenstijl, zie de pseudo-steigergaten in de gevel, de natuurstenen kozijnen en omlijstingen in de rode puntgevel. Dit ontwerp staat in schril contrast met de woning links, die Gorlé tekende in 1934: amper zes jaar later, maar in een veel rijpere fase van zijn carrière.

De woning telt twee traveeën en twee bouwlagen onder een zadeldak. Voortuin met eenvoudige, lage bakstenen afsluiting met hardstenen dekstenen. De brede venstertravee is ingenomen door een twee bouwlagen tellende driezijdige erker, afgedekt met leien bedaking. In de smalle deurtravee een rechthoekige deur onder luifel, met rechthoekig bovenlicht. Zowel in het bovenlicht als in de deur zelf verfijnd art-decotraliewerk. Boven de deur een smal rechthoekig bovenvenster, met de deur verbonden door een hardstenen cassette. In de geveltop vier natuurstenen pseudo-steigergaten als decoratie. Drie rechthoekige zoldervensters in natuurstenen kozijnen. Een brede houten kroonlijst omlijst de puntgevel. Enkel het schrijnwerk van de deur is bewaard; overal nieuwe ramen.

Traditionele aanpak van de plattegrond, die de 19de-eeuwse enkelhuisindeling overneemt. In de smalle deurtravee gang met trappenhuis, in de brede venstertravee op elke bouwlaag een enfilade van twee kamers, waarachter op de begane grond nog een veranda met glazen dak is voorzien. Standaardindeling van de functies, met salon en eetkamer beneden en de slaapkamers boven. De keuken vinden we op de vaste plek achter de trap, waar de gang zich verbreedt. Achter de keuken, in een smalle achterbouw, toont de plattegrond een bijkeuken en wasplaats, elementen die overgenomen worden uit de 19de-eeuwse woningindeling. Op de verdieping bevinden zich in deze achterbouw een slaapkamer met aansluitend een kleine badkamer. De zolderverdieping bevat twee kamers.