Deze vrij gave serristenwoning met omringende tuin hoort thuis in de eerste bloeiperiode van de druiventeelt. De kadastrale registratie van een 'nouvelle construction' (huis) gebeurde in 1896 in opdracht van Petrus-Josephus Keyaert-Vanderletten, in 1911 gevolgd door een vergroting met de linkse aanbouw; eigenaar op dat ogenblik was Desiderius Keyaert-Eggerickx en kinderen, wijndruifkweker; volgens de bijhorende mutatiestaten was de aanbouw in 1911 al meer dan twee jaar in gebruik.

Op een oudere prentkaart wordt de woning ook wel benoemd als 'Villa Vlaenderveld de M.J. Keyaert'; deze kaart dateert vermoedelijk uit de vroege 20ste eeuw aangezien op de plaats van de aanbouw van 1911 (registratie) nog een gevelserre staat. Volgens literatuurgegevens waren Nestor Van Lier en zijn echtgenote Palmyre Keyaert hier gehuisvest sedert 1917. Nestor Van Lier (1877-1946) kocht in 1899 brouwerij Timmermans aan en richtte er de Brouwerij Van Lier op. Zijn serrebedrijf op het Vlaanderveld bestond uit 50 serres.

Het betreft een onderkelderde, uit baksteen opgetrokken, vrijstaande woning met traditionele opbouw en indeling, meer bepaald met een dubbelhuisopstand van drie traveeën en twee bouwlagen onder een vrij hoog leien schilddak met nokbalustrade. De voorgevel, opgevat als lijstgevel op hardstenen plint, wordt gemarkeerd door een centraal inkomrisaliet met in de as een sierlijk uitgewerkte dakkapel onder gebogen fronton; de flankerende eenvoudiger uitgewerkte dakkapellen werden ontdaan van hun voluutvormige vleugelstukken. Aan weerszijden van het risaliet is er een spaarveld, afgelijnd door geblokte pilasters die bovenaan verbonden zijn door een boogfries. De muuropeningen zijn met uitzondering van de rechthoekige (getraliede) keldervensters, licht getoogd op hardstenen, op de bovenverdieping doorgetrokken, lekdrempels; het schrijnwerk werd integraal vernieuwd. Het decoratieve aspect bleef hier beperkt tot het gebruik van contrasterende imposten en sluitstenen. De omlopende kroonlijst werd voorheen opgevangen door modillons. Het uitzicht van de aanbouw sluit grosso modo aan bij het hoofdgebouw.