Winkelhuis in beaux-artsstijl gebouwd in opdracht van de behanger-garnierder Jan Van Praet, naar een ontwerp door John Van Beurden uit 1912. Het pand behoort tot het vroege oeuvre van de architect, die actief was van 1904 tot eind jaren 1950. Vóór de Eerste Wereldoorlog paste hij voor burgerhuizen in de stad vooral een art-nouveau- en een beaux-arts-idioom toe, en voor woningen in landelijke verkavelingen de cottagestijl. Zijn belangrijkste realisatie uit deze periode in Antwerpen is de Beurs voor Diamanthandel in de Pelikaanstraat, die hij in 1912 samen met de architect Jan Vanhoenacker ontwierp. Van 1920 tot omstreeks 1930 was Van Beurden geassocieerd met Vanhoenacker en de architect Jos Smolderen.

Met een gevelbreedte van drie traveeën, omvat de rijwoning drie bouwlagen onder een mansardedak (leien). De lijstgevel onderscheidt zich door een verzorgd parement uit witte natuursteen, boven een houten winkelpui met plint uit blauwe hardsteen. Het geveldecor van rozetten, stafwerk, consoles en lijstwerk, is ontleend aan de Lodewijk XVI-stijl. Geleed door kordonvormende lekdrempels, beantwoordt de bovenbouw aan een regelmatig ordonnantieschema. Registers van rechthoekige vensters met bewaard schrijnwerk en smeedijzeren parapetten, gevat in oplopende, vlakke omlijstingen met bewerkte lekdrempelconsoles en onderdorpels, op de tweede verdieping geaccentueerd door sluitstenen. Een klassiek hoofdgestel met meanderlijst, panelenfries en houten kroonlijst op klossen en consoles vormt de gevelbeëindiging; houten dakkapellen met oren en sluitsteen. De winkelpui met zijportaal is opgebouwd uit bewerkte pilasters met topstuk en een rolluikkast als bekroning, de pui met siersmeedwerk en het uitstalraam, met typische roeden, guirlandes en strikken in het bovenlicht.

Het gebouw bestaat uit een hoofdvolume en een achterbouw in entresol. Volgens de bouwplannen beslaan de winkel en het stalenmagazijn van de behanger-garnierderszaak de begane grond en de kelder van het hoofdvolume, onderling verbonden door een vitrine aan de straat en een trap onder een glas-in-lood-bovenlicht achteraan. De achterbouw herbergt een kantoor en een keuken met pomphuis en wc. Twee huurkwartieren nemen de bovenverdiepingen in, ontsloten door de zijdelings ingeplante vestibule en traphal. Tot het bouwprogramma behoort een pakhuis van twee bouwlagen achteraan op het perceel.