Burgerhuis in neotraditionele stijl kadastraal geregistreerd in 1904 in eigendom van de lokale handelaar Ferdinand Cuvry-Mommaert.
Het rijhuis telt twee traveeën en twee bouwlagen onder een leien mansardedak met oeil-de-boeuf, en heeft een rode bakstenen façade die een lijst- en trapgevel combineert. De gevel wordt horizontaal belijnd door de hardstenen plint met betralied keldervenster, de decoratieve gepleisterde muurbanden en de rijk uitgewerkte houten kroonlijst. Het rechter risaliet dat uitloopt in een trapgevel vormt een verticaliserend element. Bepaalde elementen werden uitgevoerd in blauwe hardsteen (plint, lateien, hoekblokken, sluitstenen in diamantvorm). De gelijkvloerse verdieping is als gevolg van de half ondergrondse kelderruimte bereikbaar met drie treden bij de voordeur. Boven de vensteropeningen op de eerste verdieping werden decoratieve tegels met florale motieven ingewerkt. Achteraan een bijgebouw met nutsfuncties.
Het pand heeft een typische enkelhuisopbouw met doorlopende gang met trappenhuis in de smalle deurtravee en aansluitende, achter elkaar gelegen salons in de brede venstertravee. De bovenverdiepingen herbergen de nachtvertrekken; in de kelder opslagplaatsen.
- Kadasterarchief Vlaams-Brabant, Mutatieschetsen en bijhorende mutatiestaten Beersel, afdeling III (Dworp), 1904/2.
- Gemeentelijk archief Beersel, bouwdossiers, B228/2001.