Art-decovilla in een riant park, op het einde van de 20ste eeuw aangevuld met een ouderlingentehuis naar ontwerp van architectenbureau Van Dessel-Van Hee uit 1990-1995.

Het L-vormige domein grenst aan het beschermde cultuurhistorische landschap Meigemheide en ligt deels binnen de afbakening van een niet vastgestelde ankerplaats. Aan de rand afgezoomd met bomen en een haag, is het perceel verder aangelegd in landschappelijke stijl, met paden die door grasplantsoenen lopen. De noordelijke toegang van het park wordt gemarkeerd door gecombineerde toegangspijlers in rode baksteen met hardstenen afdekstenen. In het park een bank in art-decostijl.

De bakstenen villa werd opgetrokken in 1930 (kadastrale registratie) door Jan ‘t Kindt-Verhaelen. Het domein werd in 1990 door mevrouw Hess–de Lilez geschonken aan de gemeente met de verplichting er een ouderlingentehuis op te richten. Het tehuis naar ontwerp van architectenbureau Van Dessel–Van Hee uit Brussel, opende zijn deuren in 1995.

Art-deco-villa op een complexe plattegrond van twee bouwlagen onder een plat dak centraal gelegen in het park. Rode bakstenen lijstgevels op hardstenen plint, afgezoomd door een breed overkragende houten kroonlijst op klossen. De horizontaliteit wordt benadrukt door een band van donkerbruine baksteen met Dudokvoeg die de vensters op de bovenverdieping verbindt. Rechthoekige vensters, overdekte inkompartij in de oksel van twee volumes, en houten erkers met origineel schrijnwerk in de voorgevel.

Het ouderlingentehuis is ingeplant aan de zuidwestelijke zijde van het park. Het complex De Ceder bestaat uit vijf betonnen paviljoenen die via een overdekt pad met elkaar verbonden zijn. Het meest opvallende volume is het vier bouwlagen tellende hoofdgebouw. Het gebouw heeft een gecurfde vorm met drie aaneensluitende vleugels. Aan de binnenzijde zijn nuts- en gemeenschapsruimtes geconcentreerd in lagere gebouwen. De voorgevels worden gekenmerkt door de overstekende verdiepingen en de grote dakluifel waardoor elke verdieping zorgt voor schaduw op de onderliggende verdieping. Toegang tot het complex in het midden van de centrale vleugel. In de hal een stichtingsplaat, aangebracht ter herinnering aan de schenking van mevrouw de Lilez en de betrokken raadsleden.

Ten zuiden van dit hoofdgebouw, een rij van drie U-vormige gebouwen en een langwerpig gebouw in modulebouw van één en twee bouwlagen rond besloten tuinen. De gebouwen zijn ingericht als serviceflats met vensters en terrassen gericht naar de tuinen. Een overdekt wandelpad verbindt het hoofdgebouw via de tuinen met elkaar. De tuinen zijn ingericht met verhoogde betonnen plantenbakken.