Burgerhuis in neoclassicistische stijl, volgens de bouwaanvraag uit 1900 opgetrokken door de aannemer Charles Van Beylen, in opdracht van Jacques Van Meerbeeck. Van Beylen vestigde zich in 1891 zijn bouwbedrijf aan de Stenenbrug in Borgerhout, en was in Antwerpen actief tot midden jaren 1920. Het pand is een representatief voorbeeld van de oorspronkelijke neoclassicistische bebouwing in deze wijk, die grotendeels uit de jaren 1880 en 1890 dateert. De nummers 32 tot 86 vormen een homogeen, nagenoeg intact bewaard ensemble burgerhuizen aan de pare zijde van de Clementinastraat, dat slechts op twee percelen wordt onderbroken door bescheiden nieuwbouwpanden.
Met een gevelbreedte van drie traveeën, omvat de rijwoning twee bouwlagen onder een zadeldak. De bepleisterde en beschilderde lijstgevel, met bossage op de begane grond, rust op een plint uit blauwe hardsteen. Geleed door de puilijst en kordonvormende lekdrempels, legt de compositie de klemtoon op het middenrisaliet. Dit laatste wordt op de eerste verdieping gemarkeerd door een balkon met consoles en smeedijzeren borstwering, en een entablement. Verder beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit registers van rechthoekige muuropeningen, de bovenvensters in geriemde omlijsting met oren en paneel op de borstwering. Een klassiek hoofdgestel met een houten kroonlijst op klossen en tandlijst, vormt de gevelbeëindiging. Van het houten schrijnwerk is enkel de inkomdeur bewaard; smeedijzeren keldertralies.
De plattegrond beantwoordt aan de klassieke typologie van het burgerhuis, dat uit een hoofdvolume en een smalle achterbouw in entresol bestaat, ontsloten door de zijdelings ingeplante inkom- en traphal. Volgens de bouwplannen omvat de begane grond de gebruikelijke suite van salon, eetkamer en veranda met bovenlicht, in de achterbouw geflankeerd door de keuken met pomphuis en wc.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 1900#114.