Burgerhuis in neoclassicistische stijl, te dateren omstreeks 1900. Een bouwdossier werd niet teruggevonden, de opdrachtgever, ontwerper noch aannemer zijn gekend. Het pand is een representatief voorbeeld van de oorspronkelijke neoclassicistische bebouwing in deze wijk, die grotendeels uit de jaren 1880 en 1890 dateert. De nummers 32 tot 86 vormen een homogeen, nagenoeg intact bewaard ensemble burgerhuizen aan de pare zijde van de Clementinastraat, dat slechts op twee percelen wordt onderbroken door bescheiden nieuwbouwpanden.
Met een gevelbreedte van drie traveeën, omvat de rijwoning drie bouwlagen onder een plat dak. De bepleisterde en beschilderde lijstgevel, met schijnvoegen op de begane grond, rust op een plint uit blauwe hardsteen. Geleed door de puilijst en kordonvormende lekdrempels, legt de compositie de klemtoon op de middenas. Deze laatste wordt op de eerste verdieping gemarkeerd door een balkon met consoles en balustrade. Verder beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit registers van rechthoekige deur- en vensteropeningen in geriemde omlijsting, op de bovenverdiepingen met sluitsteen en paneel op de borstwering. Een klassiek hoofdgestel met een houten kroonlijst op consoles, klossen en tandlijst, vormt de gevelbeëindiging. Het houten schrijnwerk van de inkomdeur en vensters is bewaard, evenals de gietijzeren voetschraper.
De plattegrond beantwoordt aan de klassieke typologie van het burgerhuis, dat uit een hoofdvolume en een smalle achterbouw in entresol bestaat, ontsloten door de zijdelings ingeplante inkom- en traphal.