Burgerhuis in neoclassicistische stijl, volgens de bouwaanvraag uit 1911 opgetrokken door de aannemer Jean Leonard Ariëns-Arcay, in opdracht van de heren G. Smeraldi en J. Rombouts. Van Ariëns-Arcay werden in Antwerpen bouwprojecten teruggevonden uit de periode 1905 tot 1928, veelal in een conventioneel stijlidioom.
Met een gevelbreedte van twee traveeën, omvat de rijwoning drie bouwlagen onder een zadeldak. De bepleisterde en beschilderde lijstgevel, met bossage op de begane grond, rust op een plint uit blauwe hardsteen. Geleed door de puilijst en kordonvormende lekdrempels, beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit registers van rechthoekige muuropeningen. De bovenvensters hebben een geriemde omlijsting met sluitsteen en onderdorpel. Een klassiek hoofdgestel met houten kroonlijst op klossen en tandlijst vormt de gevelbeëindiging. Het houten schrijnwerk van de vensters en inkomdeur met sierlijk smeedijzeren traliewerk is bewaard, evenals de smeedijzeren keldertralie en de gietijzeren voetschraper.
De plattegrond beantwoordt aan de klassieke typologie van het burgerhuis, dat uit een hoofdvolume en een smalle achterbouw in entresol bestaat, ontsloten door de zijdelings ingeplante inkom- en traphal.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 1911#1931.