Burgerhuis in neoclassicistische stijl, volgens de bouwaanvraag ui 1889 opgetrokken in opdracht van de heer J.F. Gellaerts. Uit het bouwdossier vallen ontwerper noch aannemer af te leiden. Het pand is een representatief en goed bewaard voorbeeld van de oorspronkelijke bebouwing in de De Braekeleerstraat, die tussen midden jaren 1880 en midden jaren 1890 tot stand kwam.

Met een gevelbreedte van drie traveeën, omvat de rijwoning twee bouwlagen onder een later gemansardeerd zadeldak. De lijstgevel heeft een parement uit witte natuursteen, met overvloedig gebruik van blauwe hardsteen voor de pui met geprofileerde plint, waterlijsten, deur- en vensteromlijstingen. Geleed door de puilijst en kordonvormende lekdrempels, legt de compositie de klemtoon op de middenas. Deze wordt op de eerste verdieping gemarkeerd door een entablement en een balkon met consoles en ijzeren borstwering. Verder beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit registers van rechthoekige muuropeningen, op de begane grond in vlakke, op de bovenverdieping in geriemde omlijsting. Een klassiek hoofdgestel met kleurrijke cementtegelpanelen in de fries en een houten kroonlijst op klossen en tandlijst, vormt de gevelbeëindiging. Het houten schrijnwerk van de inkomdeur en benedenvensters is bewaard, evenals de smeedijzeren keldertralies.

De plattegrond beantwoordt aan de klassieke typologie van het burgerhuis, dat uit een hoofdvolume en een smalle achterbouw in entresol bestaat, ontsloten door de zijdelings ingeplante inkom- en traphal.